Uit de schaduw: Julien Vangansbeke
In deze rubriek halen we schrijvers die uit de belangstelling lijken te zijn verdwenen uit de schaduw. Uiteraard hebben die schrijvers een band met Gent.
Julien Vangansbeke is bekend als gangmaker en vormgever van de Yang-poëziereeks. Hij is een verdienstelijk dichter, publiceerde zes dichtbundels tussen 1966 en 1982. Hij is ook bekend om zijn heemkundige stukken over Drongen en als schrijver van ironische literaire kronieken. Onlangs verscheen zijn zevende bundel, na een lange periode van stilte. De poëzie in de nieuwe bundel Benaderingen lijkt bedrieglijk eenvoudig, maar is tegelijk helder en zeer uitgepuurd. Een voorbeeld, het eerste gedicht uit de reeks Requiem:
Er is een kind dood.
Het hare.
Haar huilen splijt mijn oren.
Mijn wijsvinger streelt
mijn benig evenbeeld.
Ik roep om hulp
maar hoor me niet.
Wat ik wens is
een veelvoud van niets.
Te pletter storten
uit het raam driehoog.
Maar ik verander in steen.
Ga ten onder
aan mijn naam op je graf.
De dichter gaat telkens weer tewerk met kleine verschuivingen in schijnbaar doodgewone regels. De metaforen zijn weinig talrijk, en veelal impliciet geformuleerd. Het resultaat is verrassend direct en diep tegelijk.
Nog eentje:
Dorstend naar een tongzoen
loop ik verloren
op een bloedhete landweg.
Een duif wiekt op
van een korenveld.
Nog één ademtocht
en je lach komt
me sprankelend tegemoet.
Geen oog vermoedt meer
dan het verblinde.
Julien Vangansbeke, Benaderingen, 56 p., 10 € (+ 1,5 verzendkosten) Bestellen via: J. Vangansbeke, Groenewandeling 70, 9031 Drongen. Meer info over de auteur op https://www.literair.gent.be/, selecteer auteurs en vervolgens onder de letter ‘V’ Vangansbeke
© 2006 GENTBLOGT VZW