Ze kwamen uit het westen!
Als ooit voor onze kust een tsoenami opsteekt, dan spoelen meteen álle West-Vlamingen aan in Gent en wat de gevolgen daarvan zijn, voorspelt Kurt Defrancq in…. Ze kwamen uit het westen!
Tja, als u mijn profiel leest, dan begrijpt u wel dat ik dat moest gaan zien… Ik had Kurt Defrancq enkele jaren geleden bezig gezien met de Kavijaks en ik had daar echt van genoten. En nu dus een stuk over West-Vlamingen, excuus, Westfluten…
Eigenlijk is het een oud stuk, Defrancq kwam er immers mee op de proppen tijdens de laatste Gentse Feesten. Door omstandigheden ben ik er toen niet geraakt, maar nu kreeg ik de kans om het alsnog te zien.
En dan nog in het Tinnenpottheater! Zoals jullie wel weten een theater met een eigen karakter. Of nee, eigenlijk heeft ieder zaaltje daar zijn eigen karakter want de gebruikte materialen zijn immers allemaal gerecupereerd. Zo zit je bijvoorbeeld op afgedankte stoelen uit de opera of op oude theaterstoelen uit de Arca-kelder. De sfeer die ze ermee creëren is zonder meer uniek te noemen. Het heeft iets nostalgisch, iets huiselijks zo. Ach, je moet er gewoon eens langsgaan, dan snap je wel wat ik bedoel.
Acteur Kurt Defrancq is geboren en getogen in Brugge, maar is na zijn studies in Gent blijven hangen. (Jawel, er zijn ook West-Vlamingen die studeren!) De ideale man eigenlijk om zo’n stuk in elkaar te steken en met zijn ervaring in de theaterwereld moet dat zeker lukken.
Bij het binnengaan moeten we allemaal een test afleggen, een moderne versie van Schild en vriend zeg maar. Aan de hand daarvan worden we ingedeeld bij de West-, dan wel bij de Oost-Vlamingen. Al is dat natuurlijk wel relatief. Naast mij zat een meisje uit Eeklo (Uustekluu?) die de West-Vlaamse uitspraken beter begreep dan ik. Maar het ging ook omgekeerd op…
Een gruut bruut gesneje en ne kilo en een koart sakrijkroit. Alleen al dat éne zinnetje leverde al genoeg respons op bij het publiek om een halve avond te vullen. En achterwoarsterigge klonk ons ook niet direct alledaags in de oren. Neem er dan nog de Buffalo’s bij en je begrijpt dat het al snel in een wedstrijd West- versus Oost-Vlaanderen aan het ontaarden was.
Al geleek het bij momenten meer op een zangwedstrijd; Smout, vet, hespe en spek afgewisseld met Klokke Roeland. En iedere partij gaf natuurlijk het beste van zichzelf.
Alles bij elkaar een ontspannende les in de Gentse taal, doorspekt met wat schunnige moppen en dat gaf een geestige, vree wijze avond. Kurt liet het eigenlijk vooral over aan zijn muzikanten. Die dat heel goed deden, daar niet van. Maar eigenlijk had ik wel meer verwacht van Kurt Defrancq. Van een West-Vlaming verwacht je immers meer.
© 2007 GENTBLOGT VZW
Ik heb de voorstelling gezien tijdens de feesten en het was inderdaad vrij ontgoochelend. Het onderwerp bood zoveel meer mogelijkheden, maar Defrancq hield het allemaal wel zeer oppervlakkig en misschien net iets te plat.
We moeten eerlijk zijn, in de Middeleeuwen sprak men hier in Gent “plat Westvlaams” … slechts nadien heeft het Gents zich ontwikkeld tot cultuurtaal. Oei, nu krijg ik zeker weer op mijne donder.
Nog een geluk dat Filip Dewinter niet aangespoeld is in Gent.
Wat met Van Hecke? Zou hij hier politiek asiel durven vragen, of wordt hij illegaal?