Het zit erop!

dinsdag 3 juli 2007 10u40 | Frederik Dhondt | 1 reactie
Trefwoorden: .

Gentblogt geeft het woord aan een divers allegaartje studenten. Elke dag – behalve zaterdag – komt er namelijk één van hen aan het woord en ze kunnen gerust een schouderklopje en wat nuttige tips van uwentwege gebruiken in deze examen-, eindwerk- en doctoraattijden.
Vandaag is het de beurt aan Frederik.

Mijn stukje verschijnt een dag later dan gewoonlijk. Waarvoor mijn excuses. Ik zat in Werchter het einde van de examens (maar vooral het begin van de zomer) te vieren. Drie vragen over het Belgisch en Europees Milieurecht sloten vrijdag mijn vijf jaar in de rechten af. Uiteraard is er nu nog een zekere spanning tot aan de informele (met de vermelding van de niet-geslaagden) en de formele (in de aula, met “proffen in pyama”, om het met een anoniem ZAP’er te stellen) proclamaties. Nu goed, eigenlijk is er op dat ogenblik ook een proclamatie voor de bachelors in de geschiedenis.

Dat ik iets later was dan gewoonlijk, lag ook aan de faculteitsraad. Traditiegetrouw vindt die in juli plaats op maandag (tegenover normaal woensdag). Ondergetekende (die, net als zijn collega-stuvers, niet verwittigd was van de aanvang om 12u00 ipv de gebruikelijke 14u15) was meteen drie kwartier te laat. Niet echt een ramp, want pas rond half zes eindigde ook de nasleep van de vergadering.

Belangrijkste punten voor studenten: combi-GITs worden pas mogelijk vanaf 40 studiepunten (gezien de slechte cijfers van de huidige cumulregeling: 60 % van de studenten slaagt niet in de combinatie ½, meer dan 80% flopt in die tussen ¾), studenten Letteren & Wijsbegeerte die een minor “recht” volgen, kunnen blijven aanspraak maken op de eerder gegarandeerde studiepunten inzake schakeljaren (in die zin, dat een overgangsjaar van maximaal 75 ECTS zal worden behouden voor wie gestart is dit jaar, of het voorgaande) en het nieuwe stagereglement is een zitting verdaagd (de voorzitter van de stagecommissie had pas op 28 juni een definitieve tekst doorgestuurd naar de commissieleden + de tekst werd dan nog eens pas ter zitting op tafel gelegd voor wie er niet inzat).

De stage zal vanaf de zomer van 2008 als keuzevak kunnen worden gevolgd in het programma van tweede master. De facto bestaan de stages nu facultair als “vrijwillige” optie buiten het curriculum en draaien ze grotendeels op de persoonlijke inzet van de oorspronkelijke initiatiefnemer, prof. Taelman en de medewerker van de Kwaliteitscel Onderwijs, Luc Lammens. Indertijd werd het systeem met een héél nipte meerderheid op faculteitsraad aanvaard (onder andere op vraag van de studenten). De geesten hebben evenwel een dergelijke evolutie gekend dat men binnenkort ook gewoon een stage kan volgen in de plaats van een “traditioneel” vak van 5 studiepunten, in de zomer tussen het vierde en vijfde jaar van de opleiding. Het stage-aanbod van de universiteit zorgt er immers voor dat niet alleen de studenten die internships “aangeboden” krijgen door de grote kantoren via de dienst Loopbaanadvies (wat op zich een goede zaak is, daar niet van), de kans krijgen om juridische ervaring op te doen in de praktijk. Hoven van beroep, rechtbanken van eerste aanleg, parketten, het Grondwettelijk Hof, Cassatie, advocaten, notarissen, kabinetten… maken gebruik van het huidige systeem, dat vrij veel succes kent. Deze dingen horen evenwel niet à la dernière minute geregeld te worden als de studentenvertegenwoordigers nog in examens zitten.

Vorige zomer heb ik zelf (dan wel niet via het facultaire systeem) de mogelijkheid gekregen om ervaring op te doen in een law firm. Het valt telkens op hoe sterk onze collega’s van Leuven naar dergelijke zaken “gezogen” worden door hun universitaire diensten. Nochtans is een maand contact met de praktijk weldegelijk relevant. Al was het maar omdat je in aanraking komt met rechtstakken buiten de strikt academische observatie.

Opleidingsonderdelen als “Zekerheidsrecht” lijken zeer theoretisch en abstract, maar kunnen echt “leuk” worden als je ze ziet opduiken in een zaak tussen twee partijen met concreet identificeerbare belangen. Bovendien zijn juridische argumenten in een procedure vaak helemaal anders (minder “objectief” of zorgvuldig afgewogen) dan je ze aan de universiteit leert behandelen: je cliënt moet gelijk halen, en dan moet je ook enkel zoeken naar wat zijn zaak voedt. Ook het discours (veel directer, beknopter en meer to the point) verschilt zeer sterk van het taalgebruik in syllabi. Bovendien krijg je de kans om actief te discussiëren over nota’s die je opstelt, opties die moeten genomen worden in een procedure… met je stagemeester.

© 2007 GENTBLOGT VZW

Eén reactie op Het zit erop!

  1. Reactie van cathy

    boeiend! alleen wat minder afkortingen en vakjargon en ik had nog beter kunnen volgen ;-)