Voor wie haar soms geweld aandoet

zondag 21 oktober 2007 18u45 | Huug | 18 reacties
Trefwoorden: , .

Politiek en politieke partijen, zullen we het daar eens over hebben? Geen nood, u krijgt geen artikel te lezen over formaties, met moeilijke termen en constructies. Of althans, vandaag niet. Waar het vandaag om gaat is benaming van politieke partijen in het dagdagelijkse taalgebruik. Want zeg nu eerlijk: heeft u het aan de toog van uw stamcafé over “de sp.a-politici”? Ik dacht het niet, neen. Soms wordt naar een politieke partij gerefereerd met een kleur: de rooie, de blauwe, de groene, de bruine… Maar in sommige gevallen hebben politieke partijen heel eigen volksnamen. De sossen, bijvoorbeeld. En de tsjeven. Over die laatste term -en vooral over de schrijfwijze, breek ik mijn hoofd.

Binnenkort (of binnenlang, draai en keer het gelijk u wil) krijgen we een regering met de tsjeven. Dus kunnen we maar beter nu afspreken hoe we het in het vervolg gaan schrijven: is het nu TSJeef, TJeef of TSeef?
Helaas, Marc Galle (een sos) is niet meer onder ons, anders had ik het aan hem kunnen vragen. Dus vraag ik het aan u, liefste lezers. Volgens Google is het tsjeef (met de meeste hits), volgens de gazetten is het tjeef (ik lees het toch iedere keer op deze manier geschreven in de kranten), volgens Eve is het “van Ledeberg” (dus: “van Gent”), ze schrijft me in een mail:

Ik denk dat TSEEF zo iets echt vettig Gents van Ledeberg is. Zo met een sissende S in plaats van met de normaal slissende TSJ.

Wat denkt u? Ohja, en schrijven we dat nu met een hoofdletter?

P.S.: Andere opties zijn tscheef of tschjeef – maar die schrijfwijzen zijn hors concours, volgens mijn bescheiden mening.

© 2007 GENTBLOGT VZW

18 reacties »

  1. Reactie van sander

    Tsjeef. Zo spreek je het uit, zo schrijf ik het al eeuwen. Heeft er niemand een Gents woordenboek om het op te zoeken?

  2. Reactie van rony coekaerts

    ik zou me natuurlijk weer eens moeten vergissen, maar het is tsjeef. toch volgens gerenomeerde vlaamse schijvers zoals l.p.boon. geen hoofdletter want dat doe je met sossen ook niet. het rare is dat er van uit gegaan is dat het een gents woord is. ik weet dat ze zelfs in scherpenheuvel van tsjeven spreken.
    mij boeit eerder de afkomst van het woord. bij de sossen is het duidelijk. maar tsjeef?

  3. Reactie van Michel Vuijlsteke

    “Tsjeef is Gents en verwijst volgens de dialectkenner Magda Devos van de Universiteit Gent naar Sint-Jozef, de meest beate en vroom kijkende aller heiligen. Vandaar ook de onderliggende betekenis van ‘valse vrome huichelaar’,” lees ik op het internet.

    Jozef = Jef = Tseef, of Tsjeef. Zoals in het liedje van De Buck, Tseef liet zijne vlieger op, van tsoepe tsoepe tsoepe.

  4. Reactie van Huug

    Interessant, ik bots twee minuten geleden op een Wiki waarin staat: “Met een tsjeef, ook tjeef geschreven, wordt in Vlaanderen doorgaans een katholiek, en bij uitbreiding een christen-democraat bedoeld.” Helemaal bovenaan staat er trouwens een waarschuwing: “De neutraliteit van dit artikel wordt betwist.” ;-)

  5. Reactie van Frits

    Als iemand dan toch een Gents woordenboek raadpleegt, dan kan hij misschien ook eens ‘nieuwe verkiezingen’ opzoeken :-)

  6. Reactie van Eve

    ‘Er bestaan duidelijk twee culturen die uiteendrijven, maar ik blijf gehecht aan België en aan onze eenheid in verscheidenheid. De tijden veranderen snel. Tien jaar geleden nog maar was de CVP de garantiebon voor het voortbestaan van België en was de PS erg op Wallonië gericht. Nu is het omgekeerd. Ik ga geen lofdicht op ons land aanheffen, maar mij geneert het alleszins niet dat ik Belgisch ben. Weet u, bij ons noemt men iemand met twee gezichten een jezuïet, maar hoe zeggen jullie dat ook alweer in het Nederlands, zo’n CD&V’er waarvan je niet goed weet was je aan hem hebt? Een chief? Allez, het ligt op het puntje van mijn tong. (Denkt na en barst dan in lachen uit) Een tsjeef, dàt is het. Een tsjeef!’ Laurette Onkelinx, citaat gekaapt bij LVB

  7. Reactie van rony coekaerts

    en onkelinx is van thuis uit een limburgse.
    dus ik blijf erbij dat het niet alleen gents is.
    ik had verder moeten nadenken: de buurman van mijn ouders, scherpenheuvel, was jozef. door iedereen tsjeif genoemd. je weet wel, met dat beetje zangerig.
    dat van st.jozef met… is dan wel leuk gevonden. zit wel iets in.

  8. Reactie van hippoliet

    Het begrip tsjeef is wel degelijk uit Gent afkomstig en stamt uit de prilste periode van de vakbonden. Zoals iedereen weet liggen de wortels van het syndicalisme in Gent, meer bepaald op de vrijdagmarkt, waar de toenmalige twee strekkingen elk hun lokaal hadden. De katholieken kwamen er samen in café sint-Jozef en worden sindsdien de tsjeven genoemd in Gent en verre omstreken.

  9. Reactie van Jeroen Vanden Berghe

    Ik heb het ooit eens opgezocht (tja, waarom zou ik dat gedaan hebben???):

    In ‘Kaak kaak nen twiedekker’, het Gentse dialectwoordenboek van Van Geert en Levis uit 1993, staat: “Met tsjeven bedoelde men de katholieken. Te Gent had men de Sint-Jozefskring die uiteraard katholiek was. Tsoozep, Tseppe of Tsjeef zijn vervormingen van Jozef. In 1867 schreef Napoleon Destanberg, alias Cis Van Gendt, … en ik moet het u niet zeggen, ik die peter ben van de tsjeefkens, aangezien da’k ze gedoopt heb.”

    Wie is nu die Napoleon Destanberg? Wel, een liberaal Gentse volksdichter die leefde van 1829 tot 1875. Een fragment uit zijn ‘Een liedje voor de weldenkenden’ uit 1866:

    Tjeefkens, blijft gij in uw Kerken
    Of gaat beevaart verr’ van hier
    Maar die heel het jaar moet werke
    Viert de feeste met plezier.

    In mei 1871 deed de katholieke baron en senator Jean Auguste Casier een tegenzet. Bij de inhuldiging van het nieuwe lokaal van de Sint-Jozefskring liet hij zijn toehoorders uit volle borst ‘t Jeefkenslied zingen.

    Wie zoo zijn zaeken eere doet,
    Die moet zijn naam niet zwijgen
    Tot spijt van wie ‘t benijdt
    De Tjeefkens is ons naam en blijft het voor altijd.

    Tsjeef, tjeef, ‘t Jeef, … hoe je het ook schrijft. Een naam om met fierheid te dragen.

  10. Reactie van Eve

    Subliem stukje, Jeroen.

  11. Reactie van Jeroen Vanden Berghe

    Els, de eer komt Het Belang van Limburg toe die in 2001 hieraan een artikeltje wijdde.

  12. Reactie van vanacker

    De oudste vorm die ik ken, is Tjeef, een vervolksing van de voornaam van de Gentse bisschop Jozef Delebecque, die het niet op de ketters begrepen had.

  13. Reactie van Jean Marie DE WULF

    Jeroen, ge zijt mij voor geweest, en wat ge daar zo schoon beschrijft is de enige echte versie. “Het belang van ginder” heeft zijn bronnen in Leuven gehaald uit de archieven van de famillie Casier in het Kadoc.

  14. Reactie van Jean Marie DE WULF

    Qua kleur heb ik al geprobeerd mijn eigen te definiëren: “nen bleiwen tsjeef mee kleine ruuje bollekes, maar moak der gienen twijfeleer van, wel iene die bij elke kleur der het schhuunste uit hoalt”

  15. Reactie van Anton

    Van de Casier de Ter Bekelaan?

  16. Reactie van Jean Marie DE WULF

    Die familie waren neven van Jean Casier.

  17. Reactie van geert

    Ik schrijf het tseef.
    Mijn grootvader schreef het ook zo maar vraag me niet waarom…..

    Hij is opgegroeid bij de “kulders” van Gent.
    Dus misschien daarom dat zijn spelling verkeerd zal zijn, want tsjeef zal hij daar zeker niet leren schrijven hebben.

  18. Reactie van hippoliet

    Jeroen,
    Had je twee zinnen meer gekopieerd uit dat document (https://homepages.vub.ac.be/~wvdbussc/kaloten.pdf), dan was duidelijk geweest dat ik er nog zo ver niet naast zat. Namelijk:
    Andere persbronnen verwijzen nog naar het ‘Gentse café Sint-Jozef waar de katholieke partij, de voorloper van de CVP, in de negentiende eeuw placht te vergaderen’ (Knack, 8 augustus 2001)