Vergeten schrijvers: Achilles Gautier (3)
Gentblogt pakt uit met zijn eigen literaire lente die meteen in de herfst doorloopt. Daniël van Ryssel, lange tijd redacteur van het tijdschrift Yang, is voor ons in zijn uitgebreide archieven gedoken. Hij heeft een reeks mooie stukjes geschreven over literaire figuren die op de achtergrond zijn geraakt, maar ooit een rol van enige betekenis hebben gespeeld.
Achilles Gautier is de volgende in een rij vergeten schrijvers die weer voor het voetlicht worden gebracht. In dit derde stukje vertelt Daniël verder over zijn vriend Achilles Gautier.
Achilles kwam alle dagen naar Gent en nog steeds regelmatig bij ons op bezoek. Hij kwam nooit ongelegen, intgendeel. Hij reed met een Mini. Mij een raadsel hoe hij telkens weer ongeschonden in Zomergem belandde. Op een morgen stond hij op en zijn auto was verdwenen. Dacht dat hij hem in Gent had achtergelaten en dat iemand hem had thuisgebracht. Hij is zijn auto in Gent gaan zoeken. Vruchteloos. (Ik heb er meerdere gekend die niet meer wisten waar ze hun auto ’s nachts hadden achtergelaten en een van hen heeft hem ’s anderendaags teruggevonden op de markt midden de groetenkramen.) In de namiddag kreeg hij het bezoek van zijn broer. Die had zijn autootje zien liggen, daar een eindje verder in een gracht, verscholen tussen het hoge gras. Achilles kon zich niet meer herinneren hoe hij in de sloot, uit zijn auto en thuis is geraakt. Wel wist hij nog dat er die nacht een dichte nevel hing. Bovendien woonde hij nog niet zolang in Zomergem en was hij in de mist waarschijnlijk een straatje te vroeg ingeslagen.
Achilles zit bij ieder gesprek aan tafel te tekenen. Ik geloof dat hij speciaal daarvoor altijd papiertjes op zak heeft. Tekeningen die hij in alle richtingen verder uitwerkt. Zijn schilderijen gaan in dezelfde richting: een mengeling van expressionistische vormgeving met surrealistische inslag. Komen niet erg aantrekkelijk over bij de meeste toeschouwers. Ik kon die vreemde beelden niet goed linken aan zijn zachtaardige persoonlijkheid. Toch niet-verteerde frustraties of hersenschimmen, twijfels en scepsis over wat er allemaal mis gaat? Mettertijd en naarmate hij meer verantwoordelijkheid kreeg op de universiteit, viel zijn vrijage met de muze van potlood en penseel een hele tijd stil, maar sedert hij officieel op rust is, is hij weer aan de slag gegaan. Hij denkt nu zelfs aan een tentoonstelling.
Achilles was op het persoonlijk vlak nogal gesloten en alhoewel hij je de spijskaart voorlegde, liet hij je niet zo maar in zijn potten kijken. Ik heb nooit de aanvechting gehad die regel te overtreden. Dat is dan ook een van de redenen waarom we het goed met elkaar konden vinden: Achilles kon je, zelfs zonder zijn innerlijke wereld te betreden, niet tot de enkelvoudige mensen rekenen, die enkel het onveranderlijke in zich bewaren en aanlengen, maar je zelden verrassen, zelfs niet met een spiegel.
Met tastbare gefossiliseerde beenderen en archeologische artefacten gaf hij ook regelmatig voordrachten voor de blinden in de Gouvernementstraat. Op zijn verzoek ben ik daar ook eens gaan praten over Gentse literatoren en waar die woonden. Toen ik aan een schilder vroeg of hij dat ook eens wou doen, kreeg ik een njet als antwoord. Veel schilders kunnen vaak geen zinnig woord uitbrengen, noch over hun werk, noch over iets anders. Een van hen had wel het lef, je kunt het ook anders noemen, om laat op de avond plots te verdwijnen en in ons bed te duiken om zijn roes uit te slapen.
Vermits hij zo goed als een huisgenoot was, heb ik Achilles enkele keren voorgesteld aan vrienden die hij niet kende. Dat viel tot ieders tevredenheid telkens goed mee. Ik heb het me nooit beklaagd dat ik de tussenschakel was van die contacten.
Ik heb zijn vrouw maar één of twee keer gezien. Het klikte niet zo goed tussen ons. Onverenigbaarheid van de karakters? Ook zij dronk veel. Op een dag kreeg ze een zwaar ongeval toen ze op een smalle weg tegen een verlichtingspaal knalde. Er was zo goed als niets meer heel aan haar en ze hing alleen nog met ijzerdraadjes aan elkaar. Achilles heeft goed voor haar gezorgd. Ze is enkele jaren nadien overleden.
Toen we in de Ham woonden en na een namiddag werkzaamheden in de tuin aan tafel gingen voor het avondmaal, was ook het jongetje van de buren aanwezig. Een jongen van vijf of zes. Achilles heeft een misvormd oor en hoort niet goed aan die kant. Toen het jongetje dat zag, vroeg hij op de man af wat er mis was met zijn oor. “Slecht gebakken†antwoordde Achilles.
Op een dag waren we samen met Jan Emiel Daele, Willem Elias en Pjeroo Roobjee uitgenodigd bij Pierre Vlerick te Sint-Martens-Latem om een nummer van Yang, aan hem gewijd, voor te bereiden. Achilles moet aandachtig hebben geluisterd naar wat er door wie werd verteld. Er werden geen nota’s genomen. ’s Anderendaags zaten we samen, maar hij heeft nagenoeg in zijn eentje alles uitgewerkt tot een echt rondetafelgesprek. Mijn bewondering voor zijn kunnen steeg nog een trapje.
Toen hij zelf prof is geworden, heeft hij daar geen tamtam rond gemaakt. Hij ging naar de universiteit zoals hij voordien altijd deed: met een jeans, een geruit hemd en in de binnenzak van zijn jas een opgeplooid hoedje voor als het regende. Sakkerde af en toe op de gebrekkige taalkennis van de studenten en de windhanen die onterecht met hun pluimen liepen te pronken. Nu hij op emeritaat is, gaat hij nog regelmatig naar de universiteit om er onvergolden werk te verrichten en in te springen waar het nodig is. Soms neemt hij zijn hond mee. Hij zal dat nooit zeggen, maar ik denk dat hij fier is op zijn wetenschappelijke publicaties. Als hem gevraagd wordt wat zijn wetenschappelijke specialiteit was, antwoordde hij lachend: “Dinosaurussen,†terwijl hij vooral heeft gewerkt over de dierenwereld in het Quartair en over het ontstaan van de huisdieren. Soms voegde hij daar aan toe dat hij zelf een dinosaurus is. Hij voelt zich misschien niet zo goed thuis in deze, onze wereld.
© 2007 GENTBLOGT VZW
Wat een mooi, ontroerend relaas!