Peter Ubu in HA

donderdag 7 februari 2008 0u46 | San | 2 reacties
Trefwoorden: , , .

Pere Ubu is de rockband die in 1975 gevormd werd rond David Thomas. Het is één van de invloedrijkste collectieven in de postpunk-beweging van de late jaren ’70. Ze weten nog steeds kwalitatief hoogstaande platen uit te brengen zoals ‘Why I Hate Women’ uit 2006.

De bandleden weigeren om hun enigmatische muziek te bespreken of uit te leggen. Ze hechten meer belang aan de atmosfeer die op hun concerten hangt, het gevoel, het drama, de energie en de verbeelding (luister op MySpace).

Support: Kawada
Kawada is een alternatieve rockband uit Brussel, met frontman Joeri Cnapelinckx als creatief brein. Ze brengen nummers met eigenzinnige en ontroerende composities, onder subtiele en introspectieve teksten (luister op MySpace).

Ha’ndelsbeurs, Kouter 29, 9000 Gent, Tickets: Basis €16 [Reductie (-26/65+) €13]

© 2008 GENTBLOGT VZW

2 reacties »

  1. Reactie van cies van de kwis

    Ik stond er een week te vroeg. Het Hooverphonic-publiek bekeek me alsof … ik een Pere Ubu fan was. Gelukkig is mijn favoriete stamcafé maar een boogscheut ver.

  2. Reactie van cies van de kwis

    Pere Ubu, Hndelsbeurs 22 febr 08.

    De op zijn minst variabele reputatie van de concerten van Pere Ubu kennende was het reikhalzend uitkijken naar hun passage in Gent gisteren.

    Deze vreemde eenden in de alternatieve rockbijt zijn sinds 1975 onverstoorbaar hun eigen weg aan het banen. Erg compromisloos, want hits die naam waardig hebben ze niet. Laat staat dat ze interviews geven, ik heb er in elk geval nog geen gelezen.

    Voorprogramma Kawada uit Brussel deed heel hard zijn best om op dEUS en Zita Swoon te lijken en slaagde daar ook wel meer dan behoorlijk in. We zagen zes erg professionele muzikanten bezig, maar er ontbrak een stuk passie en vuur in hun songs. Het klonk allemaal nogal bestudeerd, ‘vers van de academie’.

    De charismatische monoliet David Thomas, frontman van Ubu, stak wat aarzelend van wel, maar kwam gaandeweg op dreef. Lag het aan de fles whiskey die hij ostentatief half leegzoop tijdens de set. De man is een kruising tussen een doemcowboy – lange zwarte jas, baard en hoed incluis- en Joe Cocker, maar dan met betere muziek.
    De avant-garde blues, begeleid door de nasale stem van Thomas, gecombineerd met de antieke psychedelica die uit de vintage Arp synthesizer, klonk zoals postpunk moet klinken: rommelig, maar uitermate smerig. Bij wijlen hoorden we behoorlijke uptempo rocknummers (Caroleeen!, We have the technology) waarbij ook de bassiste en gitarist meezongen. Ik meende zelfs een Sonic Youth cover te mogen ontwaren.
    Thomas was naar het einde toe in goede doen, hekelde en passant Sting én het publiek (‘punkrockers having a midlife crisis’), onderwijl ook nog een pint of drie uit het fleske soldaat makend.

    Een vreemd concert, maar andere kost kan ook eens smaken, niewaar.