De blauwe zalm
Wanneer mijn ouders vanuit het ‘verre’ Limburg naar Ledeberg afzakken, is dat een goede gelegenheid om eens te gaan eten. Deze keer viel onze keuze op ‘de Blauwe Zalm’ in het Patershol. Het staat, samen met Le Grand Bleu, bekend als het beste visrestaurant van Gent.
Wanneer je aan het restaurant arriveert, valt meteen de keuken op waarin je vanaf de straat kan binnenkijken. Ik wed dat veel toeristen hier even halt houden. Binnen is het de rust zelve, de vriendelijke gastvrouw begroet ons hartelijk en neemt de jassen aan. We zijn vroeg en mogen onze tafel zelf kiezen. We kiezen een plaatsje in de zaal, waar de grote ramen een zeer ruime indruk geven. De magistrale luchter in de vorm van een octopus trekt onmiddellijk alle aandacht. Alle lamparmaturen hebben hier trouwens de vorm van een zeedier.
Aangezien er enkel op zaterdagavond een menu wordt geserveerd (wat ik persoonlijk een beetje jammer vind), kiezen we à la carte. Niet dat het een probleem is, integendeel keuze genoeg.
Als amuse komt er een plakje sushirijst met sardine en paprika, samen met een glaasje gazpacho op tafel. Gazpacho lijkt een makkelijk gerecht, maar smaakt vaak ietwat flauw, gelukkig zit deze helemaal juist. Een goed voorteken.
Als voorgerecht kies ik gebakken Schotse langoustines met een salade van jonge spinazie, cavaillon en geconfijte gember, kokossaus met specerijen. Mijn vader gaat resoluut voor de aspergeroomsoep met stukjes kreeft en de vrouwen kiezen beide de salade met canadese kreeft, mango en zoetzure wortel.
De drie mooie stukjes langoustinevlees en bijhorende pootjes smaken uitstekend en de combinatie met de kokos werkt ook, ik moet toegeven dat ik daar vooraf mijn twijfels bij had. In het glas komt een Pessac-Léognan van 2005. De wijnkaart bevat naast Franse, trouwens ook Nieuw-Zeelandse, Zuid-Afrikaanse en Portugese wijnen.
Bij de hoofdgerechten viel de keuze bijna unaniem op de gebakken kabeljauw met groene asperges en een sausje van gerookte tomaat en vanille. Als enige dissident koos mijn vader voor de gestoomde heilbot met witte asperges. We waren vooral zeer nieuwsgierig naar de combinatie van vanille en gerookte tomaat. Deze bleek wonderwel te werken.
De kabeljauw was perfect gebakken en de groene asperges waren, zoals het hoort, beetgaar. Ook van de overkant van de tafel kwamen er alleen maar complimenten. Het geheel werd afgesloten door koffie en thee. Hierbij werd er een assortiment van huisgemaakte koekjes, neuzekes en broodpudding (met een toets van chocolade) geserveerd. Een mooie afsluiter van de avond.
De rekening tikte af op € 221, een correcte prijs voor de geleverde kwaliteit.
De Blauwe Zalm is geen restaurant voor mensen die graag grote porties eten, maar voor fijnproevers die houden van verse huisgemaakte producten. Ze positioneren zich duidelijk in het gastronomische segment. En persoonlijk ben ik van mening dat we zo nog wel een paar restaurants kunnen gebruiken in het Gentse.
De Blauwe Zalm, Vrouwebroersstraat 2, 9000 Gent, T 09 224 08 52, F 09 234 18 98, info@deblauwezalm.be Reservaties enkel telefonisch. Gesloten op maandagmiddag, zaterdagmiddag en zondag
BE 0435.477.243
© 2008 GENTBLOGT VZW
Deze positieve indrukken kloppen volledig met mijn persoonlijke ervaring.
Ook ik sluit me graag volmondig (what’s in a name) aan bij de conclusie van de recensent.
Wanneer hij in de inleiding echter Le Grand Bleu ‘over dezelfde kam scheert’ als De Blauwe Zalm, fronste ik toch even de wenkbrauwen. Ondanks zijn ongeëvenaarde populariteit én de uitstekende prijs/kwaliteitsverhouding, speelt Le Grand Bleu volgens mijn bescheiding mening een klasse lager.
U bedoelt wellicht ‘een klasse lager’ in prijs
Ik wil ze ook niet ‘over dezelfde kam scheren’ hoor. Het zijn inderdaad twee duidelijk verschillende restaurants, hoewel ze op één vlak vergelijkbaar zijn en dat is de kwaliteit van verse vis.
Daar ben ik weer met m’n volle mond!
Duidelijk niks voor de Gentse volksmens.
Stijn, als je met volksmens student bedoelt: als student ging ik hier ook niet heen… Ik ben benieuwd of je de volkse principes nog zult aanhangen eens je bent afgestudeerd en (ongetwijfeld) een goedbetaalde job hebt gevonden :-) Kan/mag een volksmens trouwens niet naar een goed of duurder restaurant gaan?
Le Grand Bleu is een schitterend visrestaurant prijs/kwaliteit. Maar niemand kan ontkennen dat de blauwe zalm fijner is. Elkeen heeft zijn charme. Persoonlijk hou ik (en mijn portefeuille) meer van Le Grand Bleu.
de blauwe zalm is uitstekend. verse materialen, een persoonlijke toets, redelijke wijnkaart, niet goedkoop, maar zijn prijs zeker waard.
le grand bleu ken ik niet, kan dus niet vergelijken.
een ding: ik ben er alleen, als groene weduwnaar,gaan eten, dat nooit meer. je zit daar voor pier snot. voor alles ben je de laatste, niet leuk. nu ja, mijn fout, had maar iemand moeten meevragen.
dames, geen culinaire dromen! ik kom nooit nog naar gent zonder aiping.
Wie is aiping?
Jean Marie,
Ik denk dat Aiping iemand is die veel tijd en geduld opbrengt om Rony het daar in het verre China naar zijn zin te maken.
aiping is mijn echtgenote, we zijn gehuwd in gent, na drie jaar samen in china.
ze is nu 50. ze was “zaakvoerder” van een hotelketen. spreekt alleen chinees, buiten die paar woordjes die ze tijdens ons verblijf in gent heeft geleerd.
ze heeft nooit echt school gelopen, culturele revolutie, maar wel door iedereen gevraagd als raadgeefster. intelligent moet ze wel zijn.
ze is verplicht getrouwd geweest, een zoon gekregen, en dan gesteriliseerd. “onze” zoon is nu 25. ze heeft haar man na twee jaar buitengegooid. ze heeft nog jaren alleen haar zoon opgevoed en de schulden van haar ex.man afbetaald. misschien nog een minnaar gehad, alhoewel, gezien haar gedrag moet dat gene vetten geweest zijn. ze stond aangeschreven als een zeer mooie vrouw, maar ze heeft dus duidelijk niet voor het geld gekozen.
ze is heus niet dat vrouwtje dat je kan kopen in exotische oorden. vergeet het. en ik heb ervaring. ik ben in vl. twee keer getrouwd, dit is anders. hier heb je niets te koekeloeren.
oh ja je mag naar de karaoke gaan en foefelen met de meisjes, geen probleem, maar dat doe ik niet, tot grote verwondering van onze vrienden.
een beetje aanpassing, inburgering, taal leren,en dat lukt dan wel. immigrant weet je.
niet die rijke ingenieur die in een villa van het bedrijf gaat wonen.
ik woon in de brugse poort, kleine studio, tussen de mensen, echt zoals het moet.
en guido, we slagen erin om veel geduld voor mekaar op te brengen.