Vergeten schrijvers: Robert Mussche (2)
Gentblogt pakt uit met zijn eigen literaire lente die meteen het hele jaar doorloopt. De cirkel is intussen helemaal rond, maar de reeks is lang niet uitgeput.
Daniël van Ryssel, lange tijd redacteur van het tijdschrift Yang, is voor ons in zijn uitgebreide archieven gedoken. Hij heeft een reeks mooie stukjes geschreven over literaire figuren die op de achtergrond zijn geraakt, maar ooit een rol van enige betekenis hebben gespeeld.
Robert Mussche is de volgende in een rij vergeten schrijvers die weer voor het voetlicht worden gebracht. Van hem leest u hier twee gedichten.
NA HET FEEST
Het wordt reeds laat, de feestroes is voorbij
en moede menschen zitten op elkaar te kijken.
Men spreekt van afscheid. – Ik loop nog vlug terzij
en tracht verveling van ’t gelaat te strijken.
Een laatste toast? Eenieder wenscht me veel geluk,
doch veel dat niet gedacht is wordt gezegd
en spelend geef ik, stuk voor stuk
d’illusie die ik in dien avond had gelegd.
Het is nu laat, de feestroes is voorbij
en peinzend zit ik in mezelf te kijken
hoe op het vlug gemaalde schilderij
m’n eigen aangezicht mag lijken.
Rudo Reyniers (Robert Mussche)
BELIJDENIS
O Vrouwe die onwezenlijk tóch levend zijt
en ’t gave beeld van mijn beknotte wezen-
hebt gij bij ’t kruisen van een blik gelezen
hoe mijn verlangen zich uw schoonheid wijdt?
Is het God’s wil, die geest en lichaam scheidt?
Doch uw gelaat is uit mij opgerezen
en niemand heeft ooit uitgewezen
dat mijne liefde naar het einde schreit.
Staat gij, o vrouw, met maatloosheid gemeten
in sterrennacht, die mijn verbeelding wekt-
ik heb ons één en gans vereend geweten.
En langs de lijn waarheen uw schaduw trekt
heb ik mijn wil in uwe wil vergeten
wijl gene ure me tot keren strekt.
Rudo Reyniers (Robert Mussche)
© 2008 GENTBLOGT VZW
De tentoonstelling Gekleurd verleden en het gelijknamige boek besteden aandacht aan o.a. de geschiedenis van Robert Mussche.