Indrukwekkend passieballet
Pitié heet de nieuwe voorstelling van Alain Platel en Fabrizio Cassol. Het thema heeft Platel gehaald uit de Mattheuspassie van Bach. Eén van de bekendste aria’s daaruit is Erbarme dich. Vandaar het thema van de voorstelling: lijden en het mededogen, medelijden dat erdoor wordt opgewekt.
Het decor is sober en strak gehouden: een tafel met enkele stoelen, een lange, houten bank voor de orkestbak. Die staat op een verhoogd platform waar nog een trap naar een iets hoger gedeelte loopt dat als een klein extra podium wordt gebruikt. Het podium onder het orkest is afgesloten en wordt gebruikt als een soort echokamer. De Engelse teksten die af en toe als een soort commentaar in die ruimte worden gesproken zijn te banaal om echt relevant te zijn. Voorts liggen links en rechts van het podium twee grote blauwe plastics en hangt er een touw achter de tafel. Verder is er alleen de lege ruimte. Alle ruimte en aandacht gaat zo naar de dansers en zangers.
De openingsscène speelt zich grotendeels in stilte af. Een vrouw heeft een rouwsluier om en zit aan de tafel. Daar zitten nog een zwarte man met een Jezusshirt om en een jonge, in het zwart geklede vrouw. Deze ongewone drievuldigheid neemt het gros van de zangpartijen voor hun rekening. De jonge Kongolese contratenor Serge Kakudji speelt de rol van Jezus en doet dat schitterend. Hij zingt heel fijngevoelig en danst ook nog eens sprankelend, vooral in een hilarische, ritmische dans waarbij de binnenste buiten gekeerde broekzakken een visueel verbluffend effect sorteren. Een groot deel van de avond houdt Jezus zich evenwel op de achtergrond. Het lijkt of wat er gebeurt hem overvalt zonder dat hij zich heftig verzet.
Dat kan niet worden gezegd van de dansers. Zij geven heftig gestalte aan pijn en lijden en doen dat op een indrukwekkende wijze. De dans lijkt in niets op een klassiek ballet, het is zichtbaar lijden en zwoegen. De pijn wordt fysiek uitgedrukt op velerlei manieren. Spieren worden gerold, maar ook geknepen in een tempo waarvoor hels nog zacht lijkt uitgedrukt. Dansers botsen tegen elkaar op, manipuleren elkaars lichamen met vele, maar altijd onzachte bewegingen en contacten. De snelle heftige bewegingen komen enkele keren tot een relatieve rust in wat je een soort tableau zou kunnen noemen. Zo worden de grote blauwe plastics kunstig gebruikt om de kruisiging en de kruisafneming uit te beelden. In een andere scène worden het bodybags. Het touw is het doldraaiende centrum van een wervelende scéne die eveneens het beeld van het kruis en het lijden aan het kruis krachtig neerzet. Een andere dans eindigt in een pakkend beeld, waarbij de vrouwen een man kruisgewijze in (of veeleer voor) hun schoot houden. Het lijkt wel een beeld uit een klassieke piëta.
Vele danspartijen lopen uit op visueel heel sterke beelden en bewegingen. Aangrijpend is bijvoorbeeld de dans waarin de dansers voorovergebogen hun strak opgespannen naakte ruggen langdurig ritmisch bewegen in rijen naar het publiek gekeerd. De mens teruggebracht tot een onpersoonlijk dierlijk lijden. Die algemeen menselijke thematiek wordt nog extra benadrukt door de vele nationaliteiten van de in vele kleuren geklede dansers. Van welk land je komt, tot welk ras je behoort, het maakt allemaal niets uit als het op de essentiële dingen van het leven aankomt.
De muziek vertrekt net als de algemene thematiek van Bachs passieverhaal. Een aantal aria’s en recitatieven worden behouden. De arrangementen en composities van Fabrizio Cassol getuigen van eerbied voor Bach, maar maken tegelijk de band met vandaag. De bezetting van blazers, strijkers, een accordeon en ritmesectie werkt voorbeeldig en versterkt de focus op de dans.
Het geheel is een visueel verbluffende voorstelling geworden. Er gebeuren voortdurend diverse dingen op het podium, waardoor je als toeschouwer het gevoel krijgt dat je ogen te kort komt. De dans is pijnlijk heftig, soms extatisch, bijwijlen schitterend beeldend. Deze voorstelling vol aangrijpende pijnlijke poëzie blijft je bij. Je zou ze graag een tweede keer willen bekijken en beleven.
Pitié van Alain Platel, Fabrizio Cassol en Les Ballets C de la B, gezien in de Opera op 15/09.
© 2008 GENTBLOGT VZW
Wij (2 koppels, géén ‘kenners’) zaten vorige zaterdag met 2 koppels op de 2e rij. Onder het credo ‘ne mens moet alles eens gedaan hebben’ gingen we zeer benieuwd en zonder vooroordelen naar de voorstelling.
Achteraf waren we het allen eens: ‘goed voor ene keer’ :-)
No problem Dieter, zo is dat met alle voorstellingen/boeken/films/concerten.Some like it, some don’t :)
Beide verslagen gaarne gelezen! Sioen als redacteur, het is wellicht een wederzijds genoegen.