Café Zeveneken

woensdag 11 maart 2009 12u21 | Wouter Aers (tekst), Hendrik Braet (beeld) | 15 reacties
Trefwoorden: , .

volkscafésBegin 2008 lanceerde vzw Volkskunde Vlaanderen de actie “Help ons de volkscafés redden!”. Een mooi initiatief waar wij van Gentblogt maar al te graag gehoor aan geven. Aldus lopen uw reporters buurt na buurt af voor onze eigenste reeks over volkscafés.

Voorspel: snapshot van het geluk
Schrijvers en fotografen zijn op de aarde gesmeten onder het teken van de melancholie, al typeert het hen dat ze weigeren daar melancholisch over te doen. Melancholie is een gemoedstoestand die poogt de tijd om te keren door diens naar de toekomst uitslaande brand met het verleden te doven: met wat is of net niet is geweest. Daarom ook doden schrijvers en fotografen de tijd door de tijd te doden: gekist als eeuwig zwijgend beeld, gekust als eeuwig blind spreken. Eeuwigheid… Wat je toevalt kan eeuwigheidswaarde hebben – hoe toevallig ook.

Café Zeveneken

De opdracht van de melancholicus? Het vastleggen van het verlangen, een momentopname van het verlangen, verstard hunkerend in het steriele flitslicht van een fototoestel, gedoopt in inkt en tranen.

Middenspel
De regen druilt en miezert, grijs als leisteen perst de hemel haar zoete tranen boven de door nevel gelouterde straten van de Bernadettewijk, vlakbij de haven. We kunnen wel een pint gebruiken – vocht wordt het beste met vocht bestreden – en stappen richting café Zeveneken. Vertwijfeld staan we voor de deur van het smalle gebouw: binnen is alles donker, ook almaar harder getik op de ramen brengt geen beweging teweeg. Toch zou het café open moeten zijn, het is nog maar vijf uur. Maar hoe zat dat weer met de fotograaf en het verlangen? In een opwelling van besluitvaardigheid voelt Hendrik aan de klink. De deur gaat open en enigszins beschroomd sluipen we het halfduister binnen. De bijna sacrale stilte wordt verscheurd door het gebulder van een ouderwetse bel. Net op het moment dat de laatste tonen wegsterven en de stilte terug de heerschappij opeist, komt een oud vrouwtje de kleine ruimte ingeschuifeld. Ze monstert ons met een ietwat ondeugende, hartelijke maar toch ook ergens onderzoekende blik. ‘Het is geen weer hé’, zegt ze. Op haar perkamenten wangen staan vele grote en kleine, eeuwig tot lachen geplooide herinneringen te lezen. ‘Neen, het is geen weer’, beamen we. ‘Maar binnenkort wordt het lente, dat staat vast.’ Tegen wie zeggen we het? Vijfennegentig is Marcella, dat zijn evenveel winters als lentes.

Café Zeveneken Café Zeveneken

We installeren ons aan ̩̩n van de vier tafeltjes, Marcella komt erbij zitten. In het midden van het caf̩ brandt een kolenkachel; naarmate de avond valt zal enkel nog de opflakkering van de gloeiende sintels wat licht verspreiden. Ons pintje krijgen we uit de ijskast naast de toog Рal zegt Marcella dat die in de winter eigenlijk niet nodig is, de kelder is koud genoeg. Maar we begrijpen dat de botten daarvoor iets te stram zijn. We twijfelen bij ons tweede pintje zelfs even of we haar niet moeten voorstellen om het bier zelf uit de ijskast te nemen, maar misschien zouden we haar daarmee oneer aandoen?

Café Zeveneken Café Zeveneken

Het is een vreemde gewaarwording, zoals we daar zo zitten in café Zeveneken, met ons drietjes in de avondschemering. Twee mannen en een vrouw. Omdat ik iets verder van Marcella verwijderd zit dan onze fotograaf moet ik af en toe mijn stem verheffen. Ook oren worden ouder, elk nieuw seizoen een beetje. Zeven jaar is hij al overleden, de afwezige derde man die altijd Marcella’s eerste zal blijven. Georges heet hij, uit te spreken op z’n Engels. Een Engelse soldaat met Australische roots die tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Bernadettewijk is blijven plakken. Of liever: die aan Marcella is blijven plakken, onafscheidelijk, eeuwig – jawel. Maar misschien is Georges deze avond toch niet geheel afwezig; ik zie hem zo naast Marcella zitten, die statige man die op de foto fier in de lens blikt, de das netjes geknoopt, een echte gentleman. Rustig zit hij daar te kijken terwijl z’n vrouw honderduit vertelt. George was een kalme man. Zijn mond deed hij enkel open als het nodig was. De gruwel van de oorlog maakt mensen zwijgzaam. Het spreken is tegen zoveel leed niet opgewassen – al geldt wellicht hetzelfde voor de stilte. Georges vocht als officier in Afrika tegen het Duitse Afrikakorps van generaal Rommel. Pas bij de tweede slag om El Alamein konden de geallieerden de Duits-Italiaanse as breken. 13500 geallieerde soldaten zouden daarbij in het woestijnzand sneuvelen. ‘Georges was elk jaar één dag zat’, vertelt Marcella. ‘In november, de dag van hun overwinning.’ Ook woestijnzand wordt het beste met vocht bestreden. En ook Marcella drinkt één keer per jaar stevig door, op haar verjaardag. Dan drinkt ze nen druppel. De rest van het jaar is het koffie en water.

Café Zeveneken Café Zeveneken

Marcella en Georges hebben elkaar leren kennen tegen het einde van de oorlog, in 1944. De Engelsen hadden in de buurt een veldhospitaal opgetrokken. Dat vond de plaatselijke bevolking maar eigenaardig, hier waren ze toch al bevrijd? Maar het hospitaal achter het front zou enkele weken later, wanneer de vele gewonden uit de slag om Bastogne werden aangevoerd, zijn nut meer dan bewijzen. Vooralsnog is echter alles rustig, en een vriend van Georges maakt van het vrije weekend gebruik om in de Zeveneken de bloemetjes buiten te zetten. Nu staat de massieve, meer dan een meter hoge radio er werkloos bij, maar het vraagt weinig verbeelding om uitbundige feestvierders de swing en de charleston te zien dansen. Achter de toog staat de ongetwijfeld bijzonder bevallige Marcella. Dertig jaar is ze, nog steeds niet getrouwd en ook niet van plan daar binnenkort iets aan te veranderen. ‘Come on, let’s go out together’, probeert Georges’ vriend de barmeid te versieren. ‘Are you married?’, kaatst Marcella terug. In een eenmalig avontuurtje heeft ze geen zin. Ja, hij is getrouwd, geeft de man toe – waarop hij zijn aspiraties mag opbergen. Maar zo een overdonderende vrouw als Marcella, dat laat je toch niet zomaar? Als je zelf een blauwtje loopt kan je haar toch nog altijd aan een vriend aanraden? ‘Man, je moet zeker eens naar café Zeveneken gaan’, zegt de vriend tegen Georges. ‘Er werkt daar eentje met zó schoon haar!’ Georges was verloofd naar de oorlog getrokken, maar tijdens zijn afwezigheid was zijn verloofde gestorven. En de rest is geschiedenis: een tweetal maanden later stappen de tortelduifjes in het huwelijksbootje, nog vóór Georges moet verhuizen naar het nieuwe veldhospitaal in Duitsland. Liefde in tijden van oorlog.

Café Zeveneken Café Zeveneken

Haar familie in Engeland is Marcella door de jaren heen vaak gaan bezoeken, maar nu ze zo oud is moeten ze haar maar komen bezoeken. Hier heet Marcella mevrouw Wilkins-Van Eetvelde, maar in Engeland is ze enkel missis Wilkins. Haar dochter gaat nog geregeld, maar Marcella wil niemand tot last zijn en wie weet heeft ze plots verzorging nodig? Om de zoveel tijd staat er Engels bezoek aan de deur. Vroeger kwam BBC-documentairemaker John regelmatig naar het café afgezakt, telkens hij voor zijn werk ook maar enigszins in de buurt was. Ondertussen is John echter op pensioen… dat zal van Marcella nooit gezegd kunnen worden. Ooit kreeg Georges van de overheid het bericht dat hij zich gratis tot Belg kon laten naturaliseren. Toen hij er na enkele dagen mijmeren nog altijd niet uit was, besloot Marcella een beslissing te forceren. ‘En wat zijt ge in uw herte Georges?’ – ‘A ja, nen Engelsman’. En dat is hij altijd gebleven. Maar dan wel een die perfect Nederlands sprak, daar zorgde het taalbad van Marcella wel voor: ‘Ik heb vanaf de eerste dag Nederlands tegen hem gepraat. Om je uit de slag te kunnen trekken moet je de taal kennen.’ Al heeft Marcella ook veel begrip voor de emotionele band die alle immigranten met hun thuisland blijven hebben, die is immers sterker dan welke taal of naturalisatie ook. Liefde kent geen grenzen.

Café Zeveneken

Naspel
Het maakt gelukkig een gelukkig mens te zien. En wat is geluk? Zich in het herfsttij van het leven geborgen weten door de lente.

Café Zeveneken, Motorstraat 117, 9000 Gent. Prijs van een pintje: 1,50 euro

© 2009 GENTBLOGT VZW

15 reacties »

  1. Reactie van jeronimo

    prachtig verhaal

  2. Reactie van Roland

    Ik heb er weer eens erg veel van genoten, prachtige reportage!

  3. Reactie van ivan

    Ik woon er vlakbij en fiets er meerdere keren per dag langs. Ik dacht dat het café al járen dicht was wegens nog nooit licht of beweging gezien achter de witte gordijntjes.
    Schitterende tekst, prachtige foto’s.

  4. Reactie van Steven

    Hehe, ik ben daar jaren gaan leveren met drankenservice Dhondt, normaal 2 wekelijks. Alle bakken mooi in de kelder, “pas op voor de muur, hij is net gewit”. Iedere malen dezelfde verhaaltjes over het stoken in de winter, haar man, hoe lang ze al café houdt, hoe lang ze al klant is bij de firma Dhondt, haar dochter, dat ze haar pintjes wel moest opslaan (daarvoor waren ze nog 80cent),… Schitterend gewoon! Ze blijft het doen om niet alleen te zitten, om onder de mensen te kunnen zijn, nen babbel. De enkele klanten dat ze heeft zijn van de haven, sommigen gaan zelf om hun drank in de kelder :).

  5. Reactie van Steven

    Ongelooflijk mooi geschreven, je krijgt zo zin om er heen te gaan.

  6. Reactie van rony coekaerts

    mooi geschreven, maar zeker toffe foto’s.
    ben onlangs nog in de motorstraat geweest, had ik het geweten………..

  7. Reactie van cies van de kwis

    Ik betaalde gisteren nog 1,9 euro voor een pint in den Damberd.
    Hoog tijd dat ik met mijne vélo hier eens passeer. Santé mijn ratse!

  8. Reactie van Fred

    Zalig cafeetje. Geen muziek, warme stoof. Ik kom hier al 10 jaar en met de jaren moet je harder roepen om je bestelling duidelijk te maken :-) Maar dat pakken we er graag bij. Verplichte kost voor nostalgici.

  9. Reactie van Eva

    Ik pink er bijna een traantje van weg – zeer mooi.

  10. Reactie van b-west

    Een van de mooiste stukjes die ik hier al gelezen heb. Ontroerend

  11. Reactie van John

    Hallo,

    Ik ben één van de kleinkinderen van Marcella. Ondertussen 35 jaar en ook al vader van 2 kinderen. Het doet deugd zo veel mooie, warme reacties te mogen lezen. De tijd is daar blijven stil staan… en maar goed ook, dat doet ons geloven dat men vroeger met veel minder gelukkig was. Een pint en een babbel waren in de oude tijden een goed medicament. Ik herinner mij nog zeer goed toen ik daar als kleine jongen rond liep, je kon er over de hoofden stappen en de rook snijden en van die rook ben ik ook niet klein gebleven. Laat de politiek maar wetten en normen opdringen, bij mijn grootmoeder kan je nog eens jezelf zijn tussen pot en sigaret. Eventjes tot rust komen aan “de stoof”..gewoon zalig !

    John

  12. Reactie van Wim

    Nog meer dan dorst krijgt ge ervan ‘t gevoel dat al wat daar buiten is binnen niet meer telt. Daar blijft alleen essentie van al het overbodige ontdaan. Schoon gevoel. Waar ge toch weer dorst van krijgt. Schrijver, trakteer me daar eens op een Duvel, als er in de kelder staat.

  13. Reactie van Tim Rosseel

    Dit café zou nu over te nemen zijn? Weet iemand meet? ;)

    • Reactie van Christoph De Mey

      Een laatste huzarenstukje van teloorgegane volkskroegjes. Dergelijke kroegen als Zeveneken zou men moeten koesteren. Ik hoop echt dat iemand hier terug leven in blaast (en de oude waarden van het café in ere laat), hoewel het niet gemakkelijk is om aan de huidige normen te voldoen.. Leve de nieuwe uitbater.

  14. Reactie van wilkins doreen

    Ik ben de dochter van Marcella en ik kan jullie mededelen dat Marcella nog redelijk goed is,ze verblijfd in het rustoord te Zeveneken waar ze met liefde goed verzorgd wordt,op 11 augustus wordt ze 99 jaar.

    Bedankt voor de mooie reactie’s