Kessel-Gent: de laatste ronde

woensdag 29 juli 2009 16u02 | Isabelle Van Deuren | 2 reacties
Trefwoorden: .

kesselHij is zaterdagavond vertrokken, mijn neefje. Heeft Gent en mij vaarwel gezegd om zijn vertrouwde Kesselse wateren weer op te zoeken. Mij achterlatend in de donkere krochten der volwassenheid. We hebben er nog met volle teugen van genoten, van die laatste dagen.

Donderdag werd besloten de Feesten maar de feesten te laten en hebben we, rebels als we zijn, samen met Yasmina, buurmeisje van dienst, de zalen van de Kinepolis onveilig gemaakt. Traditie is traditie en de traditie wil dat wij onszelf eenmaal per jaar schaamteloos verliezen in witte-doek-emoties. Harry Potter en de Halfbloedprins werden dan ook zonder verpinken in dit scenario gepast. Tweeëneenhalfuur lang werden we meegevoerd naar een wereld buiten de onze. Een wereld waarin toverspreuken en banvloeken de scepter zwaaien, waar reuzespinnen en toverdrankjes verworden tot gemeengoed en waar de Gentse Feesten vervagen tot een nauwelijks hoorbaar achtergrondkoortje.

We genoten op deze achtbaan vol emoties. De film eindigde in mineur, twee kinderzieltjes gekwetst, al te zeer gevormd door eeuwige Happy Endings. Het kon er bij hen niet in dat een dergelijke filmeinde zo droevig kon zijn. “Zoiets mag niet” verkondigde mijn neefje resoluut aan Yasmina, die dit op haar beurt volmondig beaamde.

Het leed was echter snel geleden toen werd besloten nog even doorheen de feestenzone te wandelen. Bus 3 stopte toch niet waar hij anders stopt, we konden dus best nog te voet naar de Korenmarkt.

kessel

Ook deze avondlijke feestenwereld begrepen ze niet bijster goed: ze keken hun ogen uit naar al die gekke volwassenen, schijnbaar verdwaald in een onbekend heelal.

Voor mij voelde de sfeer die avond minder veilig aan dan de avonden vroeger. Mensen met meer dan één pint teveel op, oeverloos rondzwalpend in hun eigen versie van dit tiendaagse spektakel kwamen vanuit het niets kakelend op de kinderen af. Midden in dit toenemende sardientjesgevoel, met zijn tevelen samengebald op een kassei menselijke samenleving, werd mijn enige doel de bushalte aan de Korenmarkt, en het was niet eens zo laat.

In mijn achterhoofd mijmerde mijn zelf over een tijd, twintig jaar geleden, dat dit onzalige uur meestal het beginpunt van mijn feestelijkheden vormde. Menselijke perceptie verandert met de jaren. Op de één of andere manier geniet ik er nu meer van dan toen, intenser ook.

Ik heb ze veilig thuisgebracht waar ze, na een tas warme chocomelk, moe maar voldaan in slaap vielen om een paar uur later alweer te ontwaken met één brandende vraag op de lippen: “Wat doen we vandaag?”

We hebben het Huis van Alijn bezocht. Het verleden vervlocht zich met ons nu. Spookje Hendrik vertelde ons zijn verhaal, toverde ons om tot ware detectives die zijn persoonlijk mysterie dienden op te lossen. Zijn verhaal voerde ons doorheen de geschiedenis van Gent waarin grote en kleine verhalen met elkaar verweven werden. Jonathan en Yasmina, speurders van dienst, genoten er van. Ik genoot op mijn beurt van hun genieten. Ademloos volgden zij het spoor van een verleden dat zijn aanknopingspunten vond in het hier en nu van hun tijd.

kessel

Ook voor mij dienden zich de nodige verrassingen aan: mijn kindertijd is blijkbaar reeds lang genoeg heen om tot museumvoer te zijn verworden. De jaren zeventig verpulverd tot droge museumkost. Het doet raar aan je eigen verleden tentoongesteld te zien.

De drukte overviel ons toen we Pierkes thuishaven verlieten. Enigszins verweesd liepen we door. Niet voor lang echter. Een vrolijk magietrio hield op enkele meters van het Huis halt.

Mijn twee metgezellen konden hun pret niet op. Met duidelijke denkrimpeltjes rond hun ogen wisten ze echt wel dat het allemaal geen realiteit was, maar het hoe en waar en waarom ervan ging duidelijk hun petje te boven.

Van nadenken krijgt een mens honger en het was met ons niet anders. Nog nagenietend trokken we ons met zijn drieën terug in een nabijgelegen pannenkoekenhuisje.

We keerden stapvoets huiswaarts, honderdeneen details in ons opnemend, kuierend, het ene ogenblik het geziene luidskeels delend, het volgende stilzwijgend alles in ons opnemend.

kesselNog voor één dagje op en top Gentenaar ging Jonathan met de Bellenman op de foto. Een evenement op zich, een moment om later met de glimlach op terug te kijken.

De dag daarna werd hij opgehaald door Oma en Opa. We zijn samen de tentoonstelling “Gentikatuur” gaan bekijken. Hebben nog kostelijk gelachen en deelden achteraf een ijsje op een terras aan het Sint Baafsplein. Zijn Antwerpse accent werd onder grootouderlijke impuls weer duidelijk. Met zijn gedachten zat hij alweer in Kessel. Wie zal het hem kwalijk nemen? Ik niet in elk geval.

Bij het afscheid gaf hij me een dikke knuffel. Zwaaide nog even naar Yasmina en vroeg toen of hij volgend jaar weer terug mocht komen.

Natuurlijk zei ik ja.
Ik ben de dag daarna nog even geweest. Sfeer opsnuiven weet u wel, ik had trouwens aan mijn dansleraar beloofd zijn dansinitiatie in het Baudelopark bij te wonen.

Daarna hebben mijn vriend en ik nog een stapje in de wereld gezet. Maar het toverpoeder was op. De magie verdwenen. Betoverende klanken werden plots weer een smeltkroes van menselijk geluid. De zalmschotel die ik bestelde in een restaurant aan de Vrijdagsmarkt niets meer dan een aan schaamteloosheid grenzende comercialisme.

Ik keek om me heen, zoekend naar een glimp van het standbeeldmeisje waaraan mijn neefje zo verslingerd was, maar zag enkel een mensenmassa die het er, met de eindstreep in zicht, nog eens goed van nam.

Vanaf morgen zal het stil zijn in de stad. Dan gaat Gent met vakantie, volgt de stilte na de storm. Is de stad weer van ons, zoals we haar gedurende 355 dagen per jaar het liefst hebben: in haar gewone outfit, ontdaan van alle uiterlijke schijn. Gewoon zichzelf. Zich onderhuids wellicht alweer tenvolle voorbereidend op haar volgende ten days of fame.

Ogenschijnlijk een dagdagelijks gewoontedier maar met, voor wie wil zien, op elke kasseisteen dat vleugje magie dat van Gent, Gent maakt. De stad die net dat ietsje anders is dan alle andere.

© 2009 GENTBLOGT VZW

2 reacties »

  1. Reactie van William

    Prachtig, zeker die laatste zin, ‘t zou niet misstaan op een postkaart “Voor wie wil zien, op elke kasseisteen dat vleugje magie dat van Gent, Gent maakt. De stad die net dat ietsje anders is dan alle andere.” pure poëzie.

  2. Reactie van Marc

    Mooi…