De oudste Ronde van Vlaanderen, een archeologisch parcours
Ik heb altijd al iets gehad met geschiedenis en archeologie. Niet fanatiek maar vooral omwille van de verhalen die eraan verbonden zijn. En verhalen, als die goed worden verteld, kunnen iedereen bekoren. En via die verhalen breng je ook kennis over in de ruimste betekenis van het woord. Via verhalen geeft een mens vorm aan zijn verleden, heden en toekomst. Verhalen maken nieuwsgierig, ze prikkelen je fantasie, verhalen boeien en ontroeren.
Mijn nieuwsgierigheid was alvast gewekt toen ik de publicatie vernam van een boek met als titel De oudste Ronde van Vlaanderen, een archeologisch parcours. Kort nadien lag er voor mij een lijvig boek van 280 pagina’s en een stevige kaft met op de cover een foto van één van de beruchte kasseibanen uit de wielerronde van Vlaanderen (voor de kenners: de Lippenhovestraat in Velzeke).
Die analogie met de wielerronde wordt doorheen het hele boek meegenomen. De lezer wordt uitgenodigd om mee op tocht te gaan, om samen een parcours door Vlaanderen af te leggen en zich op deze tocht in te leven in het verhaal van de archeologie. Want zelfs in het kleinste scherfje, in een oude bomenrij of een pittige kasseibaan zit een verhaal verborgen dat vaak boeiender is dan je op het eerste moment misschien zou verwachten. Van de verre prehistorie tot de twintigste eeuw: archeologische vindplaatsen vertellen elk op hun manier verhalen over de wonderlijke geschiedenis van Vlaanderen door de eeuwen heen.
Het boek houdt halt bij tientallen plaatsen ‘met een geheugen’ en een verhaal. Sporen van verdwenen kampplaatsen van de laatste jagers-verzamelaars en boerderijen van de eerste landbouwers, resten van een groot Bourgondisch verleden en pijnlijke herinneringen aan de oorlogen. Het verhaal is gereconstrueerd via archeologisch en historisch onderzoek en zal dus nooit volledig zijn, of volledig juist. Maar dat is ook niet de bedoeling van dit boek, het volstaat dat de verhalen aan het denken zetten en iets van de verwondering overbrengen waarmee de archeoloog de restanten van ons verleden bekijkt.
Die getuigen van ons verleden kom je trouwens overal tegen: in grafheuvels en kastelen maar ook in bomenrijen en hele stadskernen. ‘Klassiekers’ als Tongeren, Brugge en Velzeke komen uiteraard aan bod in het boek, maar ook bv. een Neanderthal-kampplaats in Veldwezelt, prehistorische sporen in het Deurganckdok, laatmiddeleeuwse reconstructies in Raversijde, tumuli of grafheuvels die je nog verspreid in ons landschap tegenkomt (o.a. in Lauw, Koninksem, Tienen of Montenaken), …
Eén van de hoofdstukken in het boek kreeg de titel Het verleden ligt op straat en is helemaal gewijd aan Gent. De focus ligt op de ontwikkeling rond het Braunplein: wel plein, geen plein, waarom wel of niet, … stap voor stap keer je als lezer terug in het verleden en zie je het verhaal nu eens de ene en dan weer de andere kant uitgaan. Een boeiend hoofdstuk dat eindigt met een leuke uitsmijter: Gent is gewoon zo oud als de straat.
In het boek gaat ook de nodige aandacht naar de diverse technieken die worden toegepast bij het archeologisch onderzoek, zoals o.a. de luchtfotografie en de impact die deze discipline gehad heeft en de nieuwe inzichten die het teweegbracht. In het hoofdstuk over de Bronstijd is de site langs de Hogeweg (Gent-Oostakker) één van de voorbeelden waar luchtfotografie de archeologie een handje geholpen heeft. Eveneens boeiend – zij het misschien soms wat gecontesteerd – is de experimentele archeologie: niet enkel meer zaken tonen maar iets interactief maken, de bezoeker betrekken bij het verleden en laten deelnemen aan het verhaal. Archeologie is duidelijk fun, ook al denken sommigen nog steeds van niet. En net door die nieuwe aanpak en het gaan reconstrueren van dat verleden kwamen archeologen ook tot de vaststelling dat ze er soms wel eens ongelooflijk naast zaten en het strekt de auteur tot eer dat ook dergelijke voorbeelden aan bod kunnen komen.
De oudste Ronde van Vlaanderen is een echt salontafelboek maar dan wel in de meest positieve betekenis van het woord. De vormgeving is eerder sober en strak maar zeker stijlvol. Het boek is rijkelijk geïllustreerd en de grote foto’s krijgen door de zwarte band boven en onder een extra uitstraling. De schrijfstijl is uitermate onderhoudend en verhalend, zonder wetenschappelijke verwijzingen of al te veel vaktermen. Als er al vakjargon gebruikt wordt, krijg je er trouwens meteen een verhelderende uitleg bij. In de tekst worden voor de eenvoud en het leesgemak nooit de onderzoekers, instellingen of diensten vermeld die voor de besproken archeologische kennis verantwoordelijk zijn. Via de referenties achteraan in het boek is alle bijkomende informatie echter gemakkelijk te achterhalen. Het werd dus geen encyclopedie van de Vlaamse archeologie maar een werk waarin iedereen wel iets kan terugvinden dat hem of haar interesseert.
Kortom, een boek dat met enige trots op je salontafel mag liggen en zo andere lezers kan uitnodigen om ook eens het parcours van die oudste Ronde van Vlaanderen te volgen.
De Oudste Ronde van Vlaanderen is een uitgave van Davidsfonds Uitgeverij, i.s.m. het agentschap Onroerend Erfgoed. Hardcover – 280 p. – ISBN 978 90 5826 825 9
Prijs: € 29,95
© 2011 GENTBLOGT VZW