Gasmakers

maandag 27 februari 2012 13u45 | Michel Noppe | 3 reacties
Trefwoorden: , , , , , .

Tot in de jaren 1942-43 stond op de Gasmeterlaan in Gent nog een werkende “gas”fabriek, vandaar heel zeker ook de naam van deze laan.
Gas werd toen “gemaakt” op basis van “cokes” en dat was een heel gedoe.

Die ganse productiefaciliteit werd ogenschijnlijk afgebroken ergens in de jaren 1943 en er bleef een “distributie”centrum over waarvan nu nog enkel de twee grote citernes of “gasklokken” overblijven die nog steeds zichtbaar zijn achter wat vroeger de “Nieuwe Molens” werd genoemd op diezelfde Gasmeterlaan (dicht bij de nieuwe Gaardeniersbrug).

GasmakersSommige (gespecialiseerde??) arbeiders in dit proces werden “gasmakers of vuurmakers” genoemd. Deze lieden waren goed herkenbaar want ze droegen een wel héél speciaal hoofddeksel (zie bijgaand fotootje), vandaar ook hun bijnaam “die van de hoedenploeg” …

Graag wil ik nu te weten komen wat de oorsprong en eventueel de functie is van deze ietwat ‘frivole chapeau’. Deze hoofddracht moet wel eigen aan de “stiel” geweest zijn, want bij mijn eerste opzoekingen stootte ik op identiek dezelfde “hoedjes” in Frankrijk en Duitsland …

Het is met héél veel nieuwsgierigheid en met mijn dank bij voorbaat dat ik jullie antwoord en nuttige uitleg tegemoet zie.

© 2012 GENTBLOGT VZW

3 reacties »

  1. Reactie van Arthur De Decker

    Dat dergelijk veiligheids-hoedje ook elders werd gebruikt blijkt uit het boek van René De Herdt en Frank Vercautere, Leven onder de Geraslaarn, 1980, blz 9, 16, 17 en 46. Blz 16 kan men o.a. lezen dat deze arbeiders bloot stonden aan zeer variërende temperaturen, vaak hadden te lijden van rondvliegend steekoolstof en van de vrijkomende gassen. Dat boek bevat ook een uitgebreide bibliografie over dat onderwerp.
    Waarom de hoofdbescherming exact deze frivole vorm aannam weet ik niet.
    Ook het artikel “Een kijkje in de gasfabriek te Gent” blz 18-19 in het geïllustreerd weekblad ABC van 6 maart 1932 brengt daarover geen bijkomende informatie.
    Misschien staat er wel iets daarover in: Diament S., Hygiène des ouvriers des usines de productuction de gaz, Parijs, 1935, vermoedelijk aanwezig in het MIAT.

  2. Reactie van Arthur De Decker

    “Geraslaarn” moet uiteraard “gaslantaarn” zijn. Sorry

    • Reactie van Michel NOPPE

      Ja arthur, de vinger gaat soms rapper dan de rede, of is het omgekeerd ..?
      In elk geval reeds mijn dank voor de verschillende info & tips.
      Zoals gezegd heb ik ook eerst gezocht vooraleer mijn vraag te stellen in deze blog. En behalve dat er in die tijd een zekere ‘mode’ was in deze dracht heb ik in feite geen hint gevonden naar het “waarom” van de vorm van dit schitterende model …
      Bij mijn volgende bezoek aan het MIAT zal ik zeker niet nalaten naar het voorgestelde boek te vragen.