Café De Walrus
Als Holstraatbewoner die naar Brussel pendelt, zoef ik dagelijks twee keer langs de Coupure. Ik had dus al in de mot dat er opnieuw leven zat in het halfronde etablissement dat vroeger café Napoleon heette, vlakbij de Rozemarijnbrug. Tijd om de boel eens te bezoeken dus, en op een woensdagavond duw ik de twee voordeuren van café De Walrus open.
Via de Gentenaar wist ik al dat de eigenaars Pieter-Jan Maes en Seline De Cloet de herinneringen aan het vroegere etablissement min of meer willen doen vergeten: ‘‘We zijn zeer blij dat dit pand een verhaal heeft, maar we willen toch af van de naam Napoleon, het klinkt te oubollig. Bovendien had de vorige uitbater wat problemen met de buurtbewoners wegens geluidsoverlast. Wij willen dat volledig anders aanpakken. We hebben onze muren geluidswerend gemaakt en hebben overal briefjes in de bus gestoken met ons nummer erop, voor mochten er toch klachten zijn. Met onze nieuwe naam De Walrus beginnen we met een schone lei”.
Met deze insteek zet ik me aan de bar en laat me door zaakvoerder en barman Pieter-Jan overtuigen om de rum van de maand te proberen: een Zacapa 23, één van de allerbeste van de wereld. Een goed begin met een lange afdronk, overheerlijk. Een reis van een paar maanden door Centraal-Amerika inspireerde hem om iedere maand enkele rums in de kijker te zetten. Op de kaart staan uiteraard de klassieke dranken, maar ook een hele resem biosappen. Spek naar de bek van de vele studenten in de buurt allicht.
Het is aan niets te zien dat het pand twee jaar heeft leeg gestaan. Het interieur is warm, de meubels een combinatie van bruinekroegdegelijkheid en nieuwe lichtere elementen, zoals de toog uit grenenhout die doorloopt achter en boven de bar. Op de tafels staan verse bloemen en kaarsen. Het kunstlicht valt bijna niet op. Als ik rondkijk, zie ik dat het doel om een café voor alle leeftijden te zijn al bereikt is, want er zijn twee borelingen aanwezig. Iets oudere kinderen kunnen zich bezighouden in een speelhoekje.
En die worden niet weggejaagd door te luide muziek. De akoestiek is goed en de interbellumjazz overstemt de gesprekken niet. Na enkele slokken van de fantastische rum neem ik wat foto’s van het interieur. In een nis aan de kinderhoek is een door Hopper en Magritte geïnspireerde muurschildering van een bonkige ober met een te kort matroos-marcelleke aangebracht. Funky.
Er zitten een paar koppeltjes te praten, en een grotere groep die ook wat van de kaart besteld heeft om te eten. De borden op de dienbladen die ik zie passeren, zien er goed uit.
Het pand loopt achter spiegeldeuren via een brede gang met de toiletten naar achteren door, waar een pooltafel staat met wat tafels en zetels rond. Daarachter ligt het terras, dat uitgeeft op de Bernard Spaelaan. De grote metalen poort zal in de lente open staan, zegt Seline, en ik kan geloven dat het daar dan best gezellig toeven zal zijn. Er blijken ook al een heleboel vaste klanten langs te komen. Voor een café dat nog geen maand open is, lijkt me dit een goed teken.
Na een gin (met komkommer!) spring ik op de fiets met het voornemen om nog eens langs te komen.
© 2012 GENTBLOGT VZW