Lieven Tavernier & United Brass: De fanfare van honger en dorst

dinsdag 17 september 2013 18u16 | Michel Vuijlsteke (tekst), Arnold Van Herreweghe (beeld) | 6 reacties
Trefwoorden: , .

taverniercoverLieven Tavernier is van 1947, hetzelfde jaar als mijn ouders. Ik leerde hem kennen, zoals vermoed ik 99% van de mensen die hem kennen, van de nummers die Jan De Wilde op zijn cd Hé Hé in 1991 in het collectieve geheugen zong: Eerste sneeuw, De verdwenen karavaan en De fanfare van honger en dorst. “Het definitieve Gentse stadslied”, schrijft de persboodschap over dat laatste, maar ik weet het zo niet. Het definitieve “zo écht dat het pijn doet”-lied, zou ik zeggen. Ware het niet dat ik dat ook al zou zeggen over De verdwenen karavaan en –vooral– Eerste sneeuw.

Natuurlijk was ik, en ben ik nog altijd nieuwsgierig naar Lieven Tavernier, maar Tavernier haastte zich uit de schijnwerpers. Ik heb hem nooit zien optreden, en voor mij is et bij die drie prachtige nummers gebleven. Het schijnt dat bij latere, spaarzame, optredens het publiek steevast mompelde: “Mooie nummers, maar waarom moet hij zo nodig nummers van Jan De Wilde zingen?”

In 1995 maakte hij een eerste eigen plaat, Doe het licht. Met “12 stukjes Vlaamse country van eigen hand, en 1 stukje country van de hand van Dolly Parton”, lees ik op het internet, maar op de één of andere manier volkomen onder mijn radar. Net zoals de opvolgers Ilya (2001), Niet voorbij (2004), Wind en rook (2008) en Witzand (2011).

Deze keer niet onder de radar, dus: Lieven Tavernier en United Brass brengen samen tien nummers uit. Gentblogt was op de cd-voorstelling.

Voor het album ‘De Fanfare van Honger en Dorst’ werkte de Gentse singer-songwriter werkte samen met United Brass, een brassband uit het Leuvense. Hun typische sound voegt een bijzondere dimensie toe aan het werk van de zanger. Yves Meersschaert zorgde voor verrassende nieuwe arrangementen, die Frank Vantroyen voor brassband orkestreerde.

Lieven-1

Lieven Tavernier en Frank Vantroyen ontmoetten mekaar een aantal jaren geleden bij de opnames van Lievens cd Wind en Rook. Frank speelde toen tuba in het nummer ‘Krassen op mijn ziel’. Lieven liet zich toen ontvallen dat hij wel eens iets meer met koperblazers wou doen, en dat viel niet in dovemansoren. Zo gezegd, zo… nog een tijdje nagedacht.

Begin 2010 nam Frank het initiatief en stelde Lieven voor om iets te doen met United Brass, de brassband die Frank dirigeert. Er volgde een concertreeks onder de titel De fanfare van honger en dorst, naar het bekende lied, vaker door Jan de Wilde gebracht, maar van de hand van Lieven Tavernier.

Het succes van de concerten in 2010 inspireerde Lieven om een stapje verder te gaan en in juni 2013 dook hij samen met United Brass de studio in voor de cd-opname.

United Brass, dat zijn een dertigtal sympathieke, enthousiaste en gedreven koperblazers uit de regio Leuven. Zij bewijzen nog maar eens dat brassbandmuziek alive and kicking is.

De brassband is een orkestvorm die deel uitmaakt van de zogenaamde HaFaBra-beweging (harmonie, fanfare en brassband). Het is een typisch Britse orkestopstelling die bekendheid veroverde dankzij de film Brassed Off met o.a. Pete Postlethwaite in een van de hoofdrollen.

De Fanfare van Honger en Dorst met Lieven Tavernier is een nieuwe mijlpaal in de geschiedenis van United Brass, dat zich trouwens niet enkel in België laat kennen: de brassband was ook al te gast op internationale festivals in Spanje, Frankrijk en Hongarije. Vorig jaar nog gaven deze enthousiastelingen een aantal opgemerkte concerten in Brighton (GB) en in mei van dit jaar waren ze te gast in Tsjechië.

Frank Vantroyen is sinds 2009 dirigent van United Brass. Hij begon klein – als trompettist – maar was meteen gefascineerd door dat indrukwekkende instrument met die doordringende, warme, majestueuze klank: de bastuba. Als twaalfjarige was Frank de jongste tubaspeler in België. “Frank en zijn tuba!” … het moet indruk gemaakt hebben.

Aan het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium in Antwerpen behaalde hij eerste prijzen voor notenleer, tuba en kamermuziek én het hoger diploma voor tuba.

Frank Vantroyen is solist tuba en cimbasso bij het orkest van de Vlaamse Opera. Als freelancer en solist maakt hij ook uitstapjes naar andere genres, onder meer met zijn eigen project Frank Vantroyen & Band, bij meerdere groepen en orkesten, met Johan Verminnen en … met Lieven Tavernier.

Frank is als tubaspeler te horen op allerlei binnen- en buitenlandse opnames; hij nam op met – onder veel meer – José Carreras, Tom Vanstiphout, Derek, Bart Peeters, Lieven Tavernier en is te horen op soundtracks, onder meer van de tv-reeks Katarakt.

Yves Meersschaert begon als zevenjarige piano te spelen. Al meteen bij zijn eerste kennismaking met het instrument ging hij eigen melodieën bedenken. Later volgde hij pianoles aan de muziekakademie van Ronse en jazzlessen bij Arno Krijger in Breda. Maar in de eerste plaats blijft hij componist-arrangeur. Hij schreef een paar mooie Franse chansons voor het duo Derek en Vis. Het nummer petit lapin werd een radiohit in Vlaanderen en Nederland.

In 1999 bracht hij zijn eerste soloalbum met eigen composities uit: Mon Paradis. Op basis van dit werk selecteerde het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap hem voor een tournee langs diverse culturele centra in Vlaanderen. Enkele van zijn composities – of fragmenten ervan – zijn dagelijks te horen op de VRT in programma’s als Man Bijt Hond.

Vanaf 2000 werkt hij als huiscomponist bij figurentheater Ultima-Thule uit Gent. Sinds 2004 is hij componist/dirigent van de meer dan 100-koppige Propere Fanfare uit Gent.

In 2005 schreef hij de muziek voor een kindervoorstelling van Frank Cools, docent aan het muziekconservatorium van Gent. De voorstelling ging van start in oktober 2006 en speelde in een 60-tal theaters in Vlaanderen en Nederland.

In 2010 richtte Yves de band Le Grand Bateau op. Hij schreef zowel de teksten als de muziek voor de debuutcd La Mesure .De cd werd zeer goed onthaald in binnen- en buitenland, met live optredens voor NOS en NCRV. Samen met Thomas Noel componeerde hij de muziek bij de nieuwe strip Le dernier brame van Jean-Claude Servais. In 2012 toerden ze met dit project doorheen Denemarken, Zweden, Estland , de Benelux en Frankrijk.

Als pianist ging hij onder meer op tournee met Lieven Tavernier, Herman Brusselmans, Guido Belcanto, Warre Borgmans, Marijn Devalck en Derek.

De nummers

In Knokke
Eerste sneeuw
Molenstraat
Engel
De klokken van Sint-Baafs
Kerstdagmorgen
Sleutels
De fanfare van honger en dorst
Niet voorbij
Johnny & Alice

© 2013 GENTBLOGT VZW

6 reacties »

  1. Reactie van Hilde

    Vorig jaar (?) hoorde en zag ik Lieven Tavernier aan het werk in de Handelsbeurs met o.a. An Pierlé.
    Heel mooi! Lieven Tavernier is een grote – maar heel bescheiden – mijnheer!

  2. Reactie van Jan De Moor

    Toen ik in het artikel de foto zag van Lieven Tavernier kreeg ik een schok van herkenning.
    Volledig akkoord met Hilde. Lieven is veel te bescheiden.
    Hoewel ik Lieven, in tegenstelling met Jan De Wilde, nooit live aan het werk zag, meen ik de familiale trekken te herkennen van de bekende familie Tavernier die indertijd in de Mageleinstraat (rechtover de Bennesteeg)een grote winkel uitbaatte van vlaamse en religieuze kunst.
    Misschien weet die andere Gentse fotograaf van Gentblogt Jos Tavernier meer over de precieze bloedlijnen van de struik Tavernier.

  3. Reactie van Jan De Moor

    Een goed ingelicht persoon wist mij te vertellen dat er in Gent alleen ongeveer 75 volwassen personen wonen die luisteren naar de naam Tavernier. Allemaal ” dichte famielde” van Lieven en Jos?
    Niet veel in vergelijking met de 420 Janssens. Veel meer dan de eerder zeldzame Vuijlsteke’s die met niet meer dan drie ingeschreven staan.

  4. Reactie van Gyselinck Vincent

    De fanfare van honger en dorst. Ik ben afgestudeerd in 1964, Gent. De eerste keer dat ik uw tekst hoorde (lang geleden) beleefde ik in mijn gemoed die tijd opnieuw. Gelukkig komen er steeds nieuwe fanfares, in andere tijden maar met evenzo een oog dat alles gadeslaat, ook met een koffie, ook vanop een terras. Ik heb u steeds willen danken voor die tekst, ‘t Is er nooit van gekomen. Dus bij deze!
    Vincent Gyselinck.