Ontdekking van een nieuwe wereld

zondag 9 juli 2006 10u46 | Karolien Roggeman | reageer
Trefwoorden: .

Cirkulerend in Gent, studenten verhalen over hun stad (17)

Toen ik niet langer om het even welke broek, om het even welk truitje aantrekken wou, is tram 1 voor mij verworden tot de tram der kooplust. Enkele jaren later at ik in de tearoom op de hoek van de Overpoortstraat een sandwich, met slechts een vage notie van wat zich daar volgens vaderlief op een doordeweekse nacht afspeelt. Nu is Gent mijn werkterrein in de ruimste zin van het woord.
“Zit je op kot?”
“Neen.”
“Ben je al es eerder naar de Gentse feesten gegaan?”
“Neen.”
“Kan je tegen alcohol?”
“Ik denk het niet.”
En voor je het beseft ontwaak je op een ochtend in feestend Gent met een kater van jewelste. De eerste stap in het nachtleven was gezet, al had ik nog veel te leren. Geen volk in The Winners voor één uur?! Dan maar naar dé loungebar bij uitstek. Het best verborgen adres nabij de Korenmarkt. Welke anders! De cocktails maken er nog altijd herinneringen in me wakker die me wat melancholisch stemmen.

Veel tijd om te mijmeren had ik echter niet. Al gauw had de stad van keizer Karel een nieuwe uitdaging voor me in petto. Hoe geraak je in godsnaam van de Groot-Brittanniëlaan naar de Graslei? Waar ligt het UZ? Waar ligt de Story? Langzaam maar zeker overwon ik mijn handicap, maar vraag me alsjeblieft niet waar je de eenrichtingsstraten hebt. De mensen die hun rijbewijs behaalden in deze bruisende stad, chapeau!

Na al deze praktische beslommeringen was het weer tijd voor romantiek… Genietend van een innige omhelzing met mijn ‘soulmate’ tikt een meisje van acht – leeftijd schatten is mijn sterkste kant niet – vergezeld van haar speelkameraadje me op de schouder met het verzoek om daarmee op te houden. “Wij moeten daarmee lachen.” Even waande ik me een moeder die iets lastigs moet uitleggen aan haar kind. En zo krijgen meer en meer stukjes van de stadspuzzel een emoticon. Ken je de waaier van emoticons van de chatwereld niet? Je hebt grappige, opbeurende, verwarmende en, jammer genoeg, ook droevige. Ik maak dan maar een einde aan deze vlaag van melancholie met de gedachte dat ik niet de enige ben die met al deze uiteenlopende gevoelens zit opgescheept.

Al ooit es langer dan een kwartier in het Sint-Pietersstation de mensen om je heen geobserveerd? Het is alsof de wereldpopulatie voor je defileert. Op een vrijdagavond zie je er ongetwijfeld jongeren in trendy kledij die gepakt en gezakt hun kot even laten voor wat het is. Of misschien heb je er wel plezier in te merken dat een dertiger aan de krantenkiosk zijn ogen iets te lang laat rusten op de nieuwe cover van Ché. Vrijdagavond is natuurlijk ook een uitgaansavond en dat moet je gewoon beleefd hebben. Ondanks mijn voorliefde voor elegantie, is het toch geen aanrader om de Gentse kasseien met naaldhakken te trotseren, en ik kan het weten. Die bewuste avond ging alles goed met de kasseien, met mijn schoenen iets minder.

Gent kent nog wel meer gevaren en risico’s. Op een mooie zomerdag tijdens de blokperiode kan je de smalle straatjes die door studenten worden bewoond alleen op eigen risico betreden. Je zou heus niet de eerste zijn die op een koude douche wordt getrakteerd. “Ga nooit alleen door het Citadelpark zodra de maan het voor het zeggen heeft,” is een andere ongeschreven regel. Raar maar waar, deze waarschuwing geldt voor één keer net zo goed voor de mannelijke sekse. Gent zou Gent niet zijn als ook de studenten niet af en toe hun legale boekje te buiten gingen [een boekje dat bij velen onder ons ergens in de studeervertrekken rondslingert]. De traditionele wet van het eigendomsrecht lijkt plaats te hebben gemaakt voor de ongeschreven leuze: “Fietsen zijn er voor iedereen.”

Wanneer ik achterop de fiets doorheen de Gentse straten bol, ben ik toch maar op mijn hoede voor Britt of Pasmans. Onverwachte uitgaven incalculeren in mijn schamele studentenbudget is mijn sterkste kant niet. De lessen strategisch management zijn me hierbij niet tot nut. Ik had niet anders verwacht. Als de geur van warme wafels mij tegemoet komt op weg naar spoor 4, rollen de euro’s wel zonder moeite over de toonbank. Twee euro om een plekje te veroveren op de ‘puttenparking’ tegenover de Decascoop, lijkt me dan weer veel. Maar als ik in de Hollywood aan mijn rietje zit te sabbelen, bestaan er voor mij geen prijzen meer…

“Hey! Mag ik achterop de fiets?”
“Oké, spring er maar op! Jij betaalt wel de boete eh!”
“No problem, ik kijk wel uit!”
“Dertien over vijf,” lees ik af van mijn gsm. “Net op tijd!” De trein verlaat langzaam maar zeker spoor 4.

©irkulerend in Gent, Studenten verhalen over hun stad, Hogeschool Gent
2005, p. 51-53. Intro & eerste aflevering

© 2006 GENTBLOGT VZW

Reacties zijn gesloten.