Maeterlinck, Marthaler, magie

zaterdag 17 maart 2007 16u16 | Peter Decroubele | 5 reacties
Trefwoorden: , , , .

Om Maeterlinck was het dus te doen: een telg uit een Gentse bourgeois familie, advocaat, liefhebber van boksen en natuurlijk de enige Belgische Nobelprijswinnaar uit de geschiedenis. Hij schreef een ouevre bijeen dat vaak in verband wordt gebracht met predikaten als symbolistisch, door de dood geïnspireerd, mystiek en ook sociaal geëngageerd (ook al ws de man zelf meer dan bemiddeld genoeg).

Hoe dan ook, in deze bewerking staat Maeterlincks hele oeuvre centraal en wordt hier en daar iets eruit geplukt. Niet meer, niet min, een echte verhaallijn is er niet. Toch niet tekstueel. Als toeschouwer maak je je eigen verhaal, je eigen consistentie, je eigen lijn, je eigen thematiek. De tekstflarden op zich zijn barok en beschouwend, maar dwingen tot een eigen verhaal. De lijn en de kapstok is te vinden in het scenografische. Marthaler heeft Anna Viebrock, zijn vaste decorontwerpster, nog eens laten uithalen.

We zien een majestueuze werkvloer in een textielfabriek: met naaimachines, afbladderende muren, een brede af en toe openzwaaiende deur, een tegelvloer, ongezellige en felle wand- en plafondverliching, losse bakstenen… Ietwat troosteloos, grijs, somber, denk je de fabriekshal in die in Stijn Coninx’ film “Daens” voorkomt. Heel mooi gedaan is dat decor: majestueus, gedetailleerd en ook beheerst bombastisch. Operatechnisch, zeg maar.

Niet zo vreemd want Marthaler is de grote decors gewoon, heeft al heel wat operawerk achter de rug en maakt van deze “Maeterlinck” eigenlijk een theaterstuk op leest van de opera geschoeid. De grote gebaren staan bijwijlen centraal, het tempo is traag en even repetitief als de grote ijzeren naaimachines op scène en meer dan eens vult gezang de scène. De dramatiek heerst en hangt als plukjes textiel in de lucht, klaar om door iedereen geïnhaleerd te worden.

De mannen zijn de opzichters van de fabriek, de vrouwen (op de oudere dame na) zijn hardwerkende meisjes, onderbetaald en ellendig, die het juk van de rond hen cirkelende boze mannen maar moeten verdragen: de harde arbeidswerkelijkheid uit Maeterlincks dagen eigenlijk. De hogere klassen in gestileerde pakken tegenover de lagere klassen in flinterdunne en toch wel vormeloze kleedjes. Niets nieuws onder de zon eigenlijk…

Eens over het zingen: het is vaak aandoenlijk mooi, met stemmen die mekaar schitterend aanvullen (in moderne tijden mogen we dat “blenden” noemen). Op het podium staat een enorm geschoolde dame als Rosemary Hardy, internationaal vermaard en met een CV om van omver te vallen. Ook de andere vrouwen bekoren: Wine Dierckx (nog een jong talent en tegenwoordig ook aan het werk in de nieuwe film van Felix Van Groeningen), Frieda Pittoors, Hadewych Minis en Sacha Rau. Ook zij zingen, van koorachtige gezangen tot Franse doorleefde nummers over een medley van volkse liedjes (“Kriebel aan mijn gat”, Broekschijterij”, “Vivan bomma”…) tot puur tonale stukken. Mooi mooi.

En de mannen vallen goed in. Ook hier namen, zeg: Steven Van Watermeulen (één van de absolute favorieten van uw recensent, die in dit stuk al bij al weinig prominent mag spelen), Graham Valentine (net zoals enkele anderen op scène een Marthaler-protégé, polyglot, grappig, wat een persoonlijkheid), Marc Bodnar (een geweldig CV in het Franse theater én te zien in films van Rappenau en Soderbergh) en dan vergeet ik nog Bendix Dethleffsen. Die laatste is een pianovirtuoos, die ook in die hoedanigheid op het podium zit. De piano staat ook mee in de fabriekshal, het heeft iets onwezenlijks, maar ook iets intrigerends.

En Christophe Marthaler dan? De Zwitser is een van de grootste namen uit de Europese theaterwereld. Hij werkt altijd vanuit een muzikaal fundament en heeft zowat overal gewerkt waar prestige te rapen valt. Een hele grote mijnheer, die volgens mensen die het kunnen weten zijn repetities ook vanuit muziek én improvisatie laat ontstaan. Om dan in de laatste weken alles samen te ballen.

Zijn regie is er ook naar: majestues, magisch, erg beheerst en uitgekiend. Ik had wel graag wat knipwerk gehad. Het stuk komt erg traag op gang, de herhalingen zijn vaak vervelingen en de traagheid op bepaalde momenten zijn kneepjes uit de opera, die de beleving niet echt omhoog stuwen. Een vakman tot en met, maar “l’art pour l’art” hoeft niet zo nodig voor mij.

Maeterlinck is een mooi stuk, een goed stuk, kan snoeiwerk gebruiken, maar toont aan dat kunstig, ja zelfs klassiek theater nog altijd een toekomst heeft. Het is niet hip, niet echt modern. Wel beproefd, bewerkt, doorwrocht en vakwerk. Ik ben niet omvergespeeld, ik heb geen theaterorgasme gehad, maar ik heb wel een aanrader gezien, toch voor wie in het rode pluche een tweede adem kan vinden. Mooi, magisch en met een zekere “maar”…

Maeterlinck, van Christoph Marthaler. Nog te bekijken in de schouwburg van het NTG op zaterdag 17 maart (20.30 uur) en op zondag 18 maart (15.30 uur). Daarna op reis, laatste voorstellingen op 27-28-29 april. Info en tickets: 09/225.01.01

(Foto’s: Phile Deprez, bron: NTG)

© 2007 GENTBLOGT VZW

5 reacties »

  1. Reactie van ward

    ja, goede samenvatting peter!
    schitterend werk (vrijdag 16 maart gezien).

    Ik voelde me wel beschaamd in naam van alle onbeschofte mensen die de zaal vroegtijdig hebben verlaten en ook voor het lauwe applaus…
    Het publiek dat naar NTG gaat is duidelijk niet klaar voor dit moderne topwerk!

    Ik wens ter compensatie alle mensen die aan Maeterlinck hebben gewerkt te bedanken voor deze toch wel onvergetelijke avond. Wees gerust dit stuk is groots al is het maar door de reacties van diegene die het stuk hebben gezien: some adore it, some hate it

  2. Reactie van An-Sofie

    “Het publiek dat naar NTG gaat is duidelijk niet klaar voor dit moderne topwerk!”

    Ik ben een theaterliefhebster en heb de voorbije maanden enorm veel stukken gezien. Maar dit stuk was bijna het saaiste dat ik dit seizoen gezien heb.

    Ja, ik zag een prachtige decor, en hoorde een foutloze samenzang, maar ik zag geen theater. Er was geen dialoog, geen echt spel en amper een verhaallijn.
    Nee, al dat gefilosofeer, dat je de laatste tijd veel in NTGent moet aanhoren, is niet aan mij besteed.

    Maeterlinck vond ik een teleurstelling.

  3. Reactie van peterc

    Helaas moet ik An-Sofie bijtreden: pretentieus amateurtheater: waarom kan men men niet gewoon Maeterlinck spelen, zoals hij het bedoeld heeft? Of had de aanpasser ook een nominatie voor een Nobelprijs? Ik dacht het niet. dit is géén modern theater, dit is zinloze Hollandse of Duitse regisseurspretentie met een draagvlak van een paar vierkante centimeter. Hoog, hoog tijd om weer goed theater in Gent te krijgen (en als dit soort masturbatie in theatertijdschriften goede commentar kijgt, moeten ze misschien ook wel ‘ns nadenken over de rol die theater kan spelen.. het is de dood van een gezelschap, het is de dood van een beleid, er is geen enkele verontschuldiging om dit soort fratsen nog te subsidiëren, mooi decor, absoluut, maar niets meer, het soort oppervalteschouwspel à la Anciaux, niet eens in tranen uit te drukken. en btw: lees Maeterlinck en ontdek een echte auteur…

  4. Reactie van Peter Aerts

    De liefhebbers van ‘echte’ Maeterlinck kunnen op 20 en 21 april tijdens T:mefestival naar ‘Pelléas et Mélisande’. De tekst wordt ‘à la lettre’ gespeeld en het stuk ademt perfect de oorspronkelijke sfeer uit. Verder op T:me: de integrale pianouitvoering van Debussy’s ‘Pelléas et Mélisande’ door Daan Van de Walle en het Canadese UBU met een hi-techuitvoering van Les Aveugles, 6 keer in de Franse en 4 keer in de Engelse versie. Allemaal met de steun van – o.m. – Anciaux.

  5. Reactie van Saskia van den Kieboom

    Gisteren heb ik de voorstelling ‘Maeterlinck’ in Antwerpen gezien. Van te voren had ik al een soort van waarschuwing gekregen van iemand die de voorstelling in Gent had gezien: de voorstelling zou heel wat anders zijn dan men gewend is maar wel uitermate boeiend. Nu ben ik op zich wel wat experimenteel theater gewend, maar meestal zie ik dat in kleine zaaltjes waar dan hooguit 50 mensen zitten te kijken. NTGent en Toneelgroep Amsterdam zijn gerenommeerde namen waar veel volk op af komt. Ook in Antwerpen zat de zaal bij aanvang bijna vol.
    Sommige mensen hadden het na tien minuten al gezien, anderen liepen weg wanneer de voorstelling bijna afgelopen was. Het feit blijft dat tegen het einde de zaal haast nog maar halfvol zat om maar te zwijgen over de hoeveelheid mensen die zonder te aplaudiseren weg is gelopen. Het was duidelijk, deze voorstelling viel absoluut niet in de smaak bij de meeste mensen in de zaal.

    Er heerste een bepaalde spanning, het gegeven dat mensen massaal begonnen te lopen versterkte deze spanning en dat maakte de voorstelling voor mij nog interessanter.
    De haast in tableaux vivant uitgebeelde scènes ondersteund door zuivere pure muziek. Beelden die heel treffend waren, flarden van teksten en dan weer terug naar de muziek. Het wachten op de zuster, die als Godot nooit is gekomen en vervolgens een volslagen belachelijke scène waar de rollen even waren omgedraaid. De bazen aan het werk, de arbeiders aan de zijlijn. Ineens werd er geen serieuze muziek meer gespeeld maar volksliedjes. Het werkte bij mij ontzettend op mijn lachspieren omdat er tijdens die volksliedjes nog meer mensen de zaal verlieten, het hield maar niet op. Werden we hier als toeschouwers niet ontzettend in de maling genomen of was deze scène er ingebouwd om de amusementswaarde enigszins te verhogen? Ik denk toch het eerste.

    Waar ik echt heel benieuwd naar ben is hoe deze voorstelling in Utrecht en Amsterdam gaat vallen. Alleen al daarom zou ik het zo nog een keer willen zien.
    Mijn visie over de functie van theater zal ik jullie even besparen. Ik denk in ieder geval wel dat theater de enige vorm van kunst is die alle andere vormen van kunst moeiteloos in zich op kan nemen zonder daar de naam theater mee te verliezen. Er is altijd sprake van spelers en toeschouwers die voor een uur of twee met elkaar in één ruimte vertoeven. Daarnaast kan er sprake van samenspel in de vorm van dialoog zijn, er kan sprake zijn van een doorlopend verhaal en teksten die worden geïnterpreteerd zoals een schrijver het ooit bedoelde, maar dit hoeft natuurlijk niet zo te zijn.

    Vriendelijke groet,
    Saskia