Vergeten schrijvers: Piet Bekaert (2)
Gentblogt pakt uit met zijn eigen literaire lente die meteen in de zomer doorloopt. Daniël van Ryssel, lange tijd redacteur van het tijdschrift Yang, is voor ons in zijn uitgebreide archieven gedoken. Hij heeft een reeks mooie stukjes geschreven over literaire figuren die op de achtergrond zijn geraakt, maar ooit een rol van enige betekenis hebben gespeeld.
Piet Bekaert, op de foto links van Anton van Wilderode, is de tweede in een rij vergeten schrijvers die weer voor het voetlicht worden gebracht. Deel 1 kreeg u al. Hier een kort prozafragment.
AMARILIS
In een blauw vingerknipogenblik gebeurt de verrassing. Gele vlinders tussen de maagdenborstjes van een veulenjong landschap herbeginnen de lente. De linkerwenkbrauw van Socrates knippert zodra hij zich zomerbewust wordt van Phoedrus’ vragen, rijzend uit het voorovergebogen gras. Niemand hoort de krekels of ziet de haas wanneer een vrouw vragen stelt. Of Tyfon achter de maagdenborstjes. Wijsneus Amarilis staat op uit het gras. De gele vlinders wapperen nu samen op de warme plek in het neergedrukte groen. Tante Godelieve plukt het gele tuiltje bloemen voor… ja, voor wie? Meikevertjes vervalsen mijn identiteitspapieren. De gemeentesecretaris gelooft me ’s anderendaags niet. Hij peutert in zijn neus. Daarna niest hij heftig, drie maal na elkaar en vindt zijn zakdoek niet. Ik heb mijn identiteitskaart verloren in het gele landschap, herhaal ik voor de zoveelste keer. Onnozelaar, sist hij. Ik geef hem mijn verse zakdoek. Boven de geraniums op de kleine vensterbank zie ik buiten Wijsneus Amarilis tegen de wind in fietsen. Ik heb dringend een nieuwe identiteitskaart nodig om de gele meridiaan over te kunnen, meneer de secretaris. Ja natuurlijk, zegt hij, onder mijn zakdoek door, natuurlijk, zonder identiteitskaart geraak je niet ver, nietwaar. Pingpong spelen met koekoekseieren. Kyrie eleison. Zalmen zwemmen stroomopwaarts. Wijsneus Amarilis fietst tegen de wind in. Secretarissen verdrinken zoetwaterzacht. (Er is te veel kalk in het water). Dominus vobiscum. Het neusje van de zalm zij met u. En met uw geest. Veni, Creator Spiritus. Schaakbord spelen met pinksteren: een cumuluswolk verovert de koningin. Wijsneus Amarilis zit gevangen in een zeepbel. Rien à déclarer?; vraagt de douanier. Rien, zeg ik. De zeepbel verbergen in mijn broekzak. Schilpadvoorzichtig de Sabena beklimmen. “Schud je fel breekt de bel Amarilis.†Een klaproos dank u’s wuiven naar de gemeentesecretaris en de douanier die in het zoetwater ondergaan. (Hun stempels blijven bovendrijven.) Adieu, bye-bye, lieve meikevertjes.
Piet Bekaert
© 2007 GENTBLOGT VZW