De koning van het plagiaat: sterk
Eind vorig seizoen had ik er nog mijn twijfels bij. Meteen de drie monologen of toch maar eentje? En wat na die voorstelling van vorig jaar? Ik heb me laten verleiden tot de drie monologen. De Vooruit is één van de weinige plekken waar je de drie monologen kan zien en dat wou ik uiteindelijk toch niet missen. Je kon de laatste weken er ook moeilijk aan ontsnappen: Dirk Roofthooft en Jan Fabre mochten in zowat elk programma hun meestertoer gaan toelichten. En weet je, er zijn nog tickets voor het tweede deel vanavond en voor het derde deel dit weekend.
Drie monologen van ruim anderhalf uur, het is niet niks natuurlijk. Voor de acteur maar ook voor het publiek. Ik moet toegeven ddat de eerste monoloog voor mij persoonlijk een beetje slecht viel, te veel andere dingen aan mijn hoofd om me 100% te concentreren. Maar toch moet ik zeggen dat Dirk Roofthooft mijn verwachtingen overtroffen heeft. Hij slaagde erin om mijn gedachten vast te houden, met zijn verhaal, met zijn stijl,…
Dus trok ik maandagavond alvast nieuwsgierig naar het tweede deel naar de Vooruit. Al is tweede deel misschien een verkeerde term. Je kan de drie delen gerust apart zien, al zijn er wel een aantal parallellen natuurlijk. In de Keizer van het Verlies, het eerste deel worstelt het personage met een hart, of beter het ontbreken van een hart. In de Koning van het plagiaat draait alles rond het ontbreken van hersenen. In het kort: een engel wil doodgraag mens worden en gaat hierbij op zoek naar de meest geschikte samenstelling voor zijn hersenen. Hij heeft ons al goed bekeken en strooit met referenties en ideeën, want uiteindelijk apen apen apen na. En wij zijn hier geen uitzondering op.
In de groene kleuren van een chirurg met een lange witte jas palmt hij heel de scène in. Hij spreekt het publiek veelvuldig aan, want hij wil één van ons worden. Het is niet altijd duidelijk of hij ook effectief een antwoord wil. Sommige antwoorden liggen voor de hand, sommige vragen niet. Soms vraag je je af of hij uit zijn rol stapt of dit ook het script is. Hij voegde er zelfs heel sluw aan toe dat we dat maar zelf moesten uitmaken. En dan zijn er ook nog de flarden van liedjes of bekende teksten. Het zorgt voor grappige momenten.
De chirurg analyseert en zoekt geschikte bouwstoffen. Albert Einstein, Ludwig Wittgenstein, Gertrude Stein en Victor Frankenstein lijken hem een nuttige bijdrage aan zijn brein te kunnen leveren. Hij eigent zich het recht toe om niet te proberen van uniek te zijn. Mensen zijn dat immers ook niet. We bouwen verder op bestaande ideeën of herhalen ze simpelweg en doen of we ze zelf bedacht hebben. In de koning van het plagiaat kan Hij worstelt ook met de tijd, als engel is hij onsterfelijk, maar als mens wordt tijd een belangrijke factor.
Al dateert de eerste monoloog van al weer 14 jaar geleden, de tekst heeft nog niks aan frisheid in geboet. De thema’s blijven ontzettend actueel en dagen het publiek uit. Meer dan eens dacht ik: “he, dat is goed gevonden, goed omschreven. Dit moet ik onthouden.” Maar dan kwam er al weer iets nieuws. De teksten zitten Dirk Roofthooft als gegoten. Het is moeilijk te bevatten hoeveel tijd en vakmanschap hierachter schuil gaat, maar het lijkt of ze op zijn lijf geschreven zijn. Hij lijkt er heel soepel mee om te gaan, als een carabetier het publiek toespreken, maar naar inhoud toe is het bijna niet mogelijk dat Roofthooft efkes de ideeën uit zijn losse pols schudt. De mimiek en de grimassen van Roofthooft, de manier waarop hij het hele podium inpalmt, de flarden van liedjes om de “zware toon” te doorbreken, de attributen die zijn verhaal moeten onderstrepen,… Geen idee, waar het geheim zit. Feit is dat ik voor de tweede keer op een handvol dagen opnieuw ruim anderhalf uur geboeid zat te kijken en ik eigenlijk moeilijk kan wachten tot vrijdag, voor deel drie.
Een absolute aanrader, ook als je maar één deel kan meepikken.
De koning van het plagiaat, Fabre/Troubleyn met Dirk Roofthooft, nog op 11 mei. Tickets 20/16 euro. Sint-Pietersnieuwstraat, Vooruit
© 2010 GENTBLOGT VZW