Shotgun houses, bar fights and ‘big ass-gators’ in the Bible Belt (2)

woensdag 20 juni 2012 14u04 | Arne Van Schoors | 7 reacties
Trefwoorden: , , , .

Arne Van Schoors is een Gentenaar, die gedurende vijf maanden van Zuid- naar Noord-Amerika trekt, van Patagonië naar Alaska. En wij mogen meelezen. Het vorige deel is hier te lezen.

Na vijf dagen en zonder een enkel antwoord op mijn digitale liftpoging, neem ik afscheid van Kelli en steek ik de Texaanse grens over naar Louisiana. De nacht is al gevallen wanneer mijn Greyhound bus aankomt in Lafayette. Een stad te midden van de bayou, de draslanden, waar de Acadiërs wonen – ooit weggejaagd door de Britten uit Nova Scotia, Canada – en waar er nog Frans wordt gesproken. Ik verblijf bij Dan, een helikopterpiloot van achtentwintig. Hij werkt voor bedrijven die platformen beheren in de Golf van Mexico en zijn taak is om het personeel over te vliegen. Hij is afwisselend twee weken in de lucht te vinden en twee weken thuis. Ik kom op het goede moment. We gaan samen naar een kroeg in de buurt waar een jonge bluesrockband vuile klanken uitstoot en de sfeer nummer na nummer grimmiger wordt tot het uiteindelijk eindigt in een groot bargevecht. Het drukt de sfeer echter niet, het bier kost amper anderhalve dollar en in ‘Vrijstaat Louisiana’ is het nog mogelijk om te roken in bars. Louisiana is een eiland in de Verenigde Staten, wordt mij verteld door enkele tooghangers terwijl ze vlijtig aan een mooi rookgordijn verder breien.

dwars door de Amerika's

Dan woont nog maar pas in Lafayette, hij groeide op aan de Westkust in de staat Washington en voor hem is deze plaats ook nieuw. Ik ben voor hem de right-man-on-the-right-place om samen op zoek te gaan naar vogels, alligators en schildpadden in de nabijgelegen draslanden. De boottrip kost iets te veel geld voor ons en dus rijden we eigenhandig naar Lake Martin en we proberen een weg te vinden langs de moerassen. We wandelen tien kilometer en het lijkt erop dat onze zoektocht op niets zal uitdraaien. We houden de sfeer erin door ons in het struikgewas te verstoppen en boottoeristen te misleiden met het nabootsen van vogels. Terwijl we ons bekwamen in deze geluiden, merken we plots dat het drasland rondom ons vergeven is van alligators die gelukkig weinig aandacht schenken aan de rare vogels. Het klikt perfect met Dan, hij weigert net als ik het kind in zich te laten opvoeden en is een levensgenieter zonder complexen wat hij volop bewijst wanneer ik zijn laptop even gebruik en vraag naar het wachtwoord. De vraag wordt beantwoord met Dan die zijn achterste ontbloot waarop in kinderlijke letters ‘eat poo’ getatoeëerd staat. Tien jaar geleden was zijn beste vriend zich aan het bekwamen in de tatoeagekunst en Dan bood vrijwillig zijn achterste aan als oefenterrein. Ik vermoed dat hij een goede vriend is voor zijn naasten.

De binnenstad van Lafayette stelt niet veel voor maar het is een leuke ervaring om erin te verdwalen, alle straatnamen zijn in het Frans vermeld en ik hoor mensen op straat Frans spreken. De stad heette voordien Vermillionville, maar kreeg de naam Lafayette ter ere van de gelijknamige Franse markies die aan de zijde van het Amerikaanse leger vocht tijdens de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. Het oude Vermillionville is echter nog steeds zichtbaar in de vele houten ‘shotgun houses’ (zo genaamd omdat alle kamers achter elkaar liggen met deuropeningen die op dezelfde hoogte zitten, waardoor je vanuit de achtertuin iemand in de voortuin kan neerschieten). Dit is het echte Zuiden met bars waar cajunmuziek naar buiten waait, de hartige Creoolse keuken en de Dominicanen die in de portiek voor hun huis zitten.

Na enkele dagen brengt Dan mij met zijn pickup naar de oprit van Route 10 richting New Orleans. Ik sta er nog maar vijftien minuten, wanneer een jongedame stopt en ik een lift richting New Orleans krijg. Mallory is pas afgestudeerd als antropologe en bekwaamt zich nu aan de Universiteit van Lafayette in het Frans. Ze is op weg om een vriend te bezoeken in New Orleans en ze is dankbaar dat ze de bijna drie uur durende rit niet alleen hoeft al te leggen. Terwijl we afwisselend luisteren en praten rijden we de Pontcharrainbrug over, de op een na langste brug over water ter wereld met zijn 38 kilometer. Halverwege, door het gebrek aan land in zicht, krijg ik het gevoel dat we over de zee rijden en dankzij de kettingrokende Mallory lijken we een stoomboot hopeloos op zoek naar een vasteland.

dwars door de Amerika's

Mallory brengt me naar het adres van Ben, een eenentwintigjarige filmstudent die met enkele vrienden samenwoont. Voor ze de oprit afrijdt, stopt ze me een boek en enkele sigaretten toe als dank voor het gezelschap. Ik heb echter niets om aan haar te geven buiten mijn dankbare blik.
Ben woont samen met enkele vrienden en het huis lijdt duidelijk onder haar bewoners, hier is al een tijdje niet meer gekuist en de grond is bezaaid met items die in mijn wereld ergens in kasten thuishoren. Ik weiger te klagen, het zegt verder niets over deze gastvrije twintiger.
De eigenaars van het tankstation verderop hebben een witte lijn geschilderd op de gevel, een herdenking van de orkaan Katrina die het waterpeil hier in New Orleans de hoogte injoeg. Zeven jaar later zijn vele huizen hersteld en weer bewoonbaar, maar degenen die het geld niet hadden voor deze herstellingen zijn niet meer teruggekomen. De vensters van de huizen zijn met houten panelen dichtgetimmerd en de tuinen zijn herleid tot lokale wildernissen.

In New Orleans hang ik drie dagen rond in het Franse kwartier met de typische antebellum architectuur, bungalows, Creoolse stadshuizen en de onvermijdelijke shotgun-huizen. Wat verderop in deze buurt bezoek ik het huis waar Edgard Degas een half jaar woonde. Zijn moeder was Creools en een groot deel van zijn familie woonde in New Orleans. Hier vond hij een tweede adem, een nieuwe dynamiek en schilderde zijn beroemde werk ‘Le bureau de coton à la Nouvelle-Orléans’.
Ondanks de talloze musea die New Orleans rijk is, beslis ik om mijn tijd door te brengen in de buitenlucht: het mooiste museum van de stad. Een plaats die na het vallen van de nacht besprenkeld is met zwarte magie, de gele gloed van de straatverlichting en geheimzinnige personages. In de avond kies ik voor livemuziek in Burgundy Street waar blues en rock overheersen of voor Frenchmen Street waar de bars gevuld zijn met jazz-muzikanten van allerlei slag.
Het lukt me tweemaal in evenveel dagen om de tijd uit het oog te verliezen, de laatste bus terug te missen, uiteindelijk verloren te lopen in de zwarte buurten na middernacht en Ben te moeten oproepen die mij evenveel maal met een lieve glimlach komt ophalen en me op het hart drukt dat ik hem geen dank verschuldigd ben. In de auto praten we eindeloos over films, filmtechnieken en maken we lijstjes van onze favoriete art-house films. Hij verslaat me met zijn grote kennis over film. Maar evenveel passie vindt hij in de keuken waar hij zijn eigen bier brouwt en experimenteert met diverse soorten pannenkoeken. Ben, als tiener waarschijnlijk niet de populairste van de klas, maar zoals het gaat met bollebozen worden hun talenten en experimenten met de jaren meer geapprecieerd. Ik kijk uit naar het moment dat hij verstomming in ieders ogen achterlaat.

Vanuit New Orleans vaar ik verder naar Memphis, Tennessee. Ik kreeg enkele dagen geleden een uitnodiging via het couchsurf-platform van een vijftiger die even buiten deze stad woont. Het was een ietwat eigenaardig verzoek. De afzender beschreef zichzelf als een homoseksuele nudist die zijn huis graag vult met reizigers uit alle windstreken. Ik geef toe, ik twijfelde even. Ik moet mij verduidelijken, vooral de zin waarin hij schreef: ‘’ik heb een voorkeur voor reizigers die ook de naakte levensstijl appreciëren of op zijn minst willen uitproberen”’, was een reden voor twijfel. Ik schuif mijn bedenkingen en angst aan de kant en besluit om in te gaan op de uitnodiging.

De bus glijdt langs oude plantagehuizen en afgedankte tankstations in Louisiana en Mississippi in een vergeten wereld. Wanneer ik rond tien uur ‘s avonds met de bus aankom in Memphis, Tennessee, staat Keith me al op te wachten. Eens bij hem thuis word ik overvallen door twijfels. Is het de bedoeling dat ik mijn kledij onmiddellijk uittrek? Er vormen zich twijfels over mijn zelfverzekerdheid en mijn beslissing om op zijn uitnodiging in te gaan.
Deze twijfels blijken al snel ongegrond. Keith houdt duidelijk zelf zijn kledij aan, wat mij al wat meer op mijn gemak stelt. Hij neemt de tijd om zijn levensstijl uit te leggen en begrijpt mijn schroom. Zelf loopt hij enkel naakt rond wanneer hij ‘s ochtends de douche verlaat en doet enkel kledij aan wanneer hij zijn huis verlaat. Dat geeft mij minstens een dag respijt voor ik letterlijk mijn naakte zelve aan de wereld moet ontluiken.
Mijn gastheer heeft een goede baan bij een groot postbedrijf en verdient goed zijn geld, daarnaast is hij ook de vaste pianist van zijn Baptistische kerk. Niemand van zijn kerkgemeenschap weet iets over zijn geaardheid of zijn levensstijl. Te midden van de Bible Belt zou het een slecht idee zijn om daar openlijk over te communiceren, zelfs zijn moeder, broer of zus is er niet van op de hoogte. Zelf heb ik het er moeilijker mee dan hij, dat hij zijn levensstijl moet verbergen, maar hij maakt er geen punt van. Hij heeft leren leven met deze dagdagelijkse hypocrisie waarvan hij deel moet zijn, maar schikt zich naar de gangbare normen en heeft misschien – gelukkig – nooit anders gekend.

Keith is de perfecte gastheer, ik heb een eigen slaap- en badkamer en hij voert me naar de Sun Record Studios, waar Elvis Presley, Johnny Cash, Carl Perkins en Jerry Lee Lewis groot zijn geworden onder de hoede van Sam Phillips, en een dag later naar Graceland.
Wanneer ik Graceland verlaat en terug wil richting Downtown Memphis, besluit ik mijn tactiek te veranderen. Ik ga naar het Heartbreak Hotel en spreek mensen aan die naar hun auto stappen op de parking voor het hotel. Na twee pogingen heb ik al succes bij een Texaans koppel. De man – een boom van een vent – en zijn vrouw nemen mijn vraag even in beraad en laten me dan instappen met de woorden: ‘’As long you don’t pull a rope around my neck and kill us, we can give you a ride’’. Ik beloof plechtig dit niet te doen en krijg toegang tot het voertuig. Die Amerikanen toch …

Tijdens de avonden ben ik te vinden in Beale Street, de thuis van B.B. King, een straat vol zonden en volgens één van de vroegere dominees een oord van verderf met vele verloren zielen. Ik vind het echter fantastisch. Ik moet maar tien minuten verder stappen om tot het Lorraine Motel te komen waar Martin Luther King Jr. werd neergeschoten. Zowel het motel als het gebouw waar de schutter stond, vormen nu het National Civil Rights Museum. Ik ben in het hart van een groot stuk geschiedenis terechtgekomen.

Keith staat me niet toe dat ik voor iets hoef te betalen en gedurende twee dagen eet ik weer zoals het zou moeten. Een te kritische gedachte kruist mijn gedachten, mijn naaktheid voor kost, zorg en inwoon? Neen, dat is het niet, dat zou ik niet accepteren, de waarheid is dat ik me de gunsten laat welgevallen en ondertussen heb ik al geen problemen meer om naakt rond te lopen. Na enkele dagen begrijp ik de moeilijkheden die Keith moet ervaren om zich staande te houden in deze wereld die het niet zo begrepen heeft op zijn natuur. Een natuur die voor mij even snel onzichtbaar is geworden en plaats heeft gemaakt voor zijn persoonlijkheid, zijn verhaal en vriendschap. Ik weiger deel te zijn van die wereld met enge denkbeelden.

Ondertussen krijg ik via Craigslist een echt oneerbaar voorstel. Een trucker wil me van Memphis naar Nashville brengen en maakt me duidelijk dat hij ernaar uitkijkt om met me te rotzooien in zijn truck. Ik schrik me rot en antwoord snel dat hij de verkeerde persoon voorheeft. Het is niet het ritje dat ik voor ogen had en wimpel zijn voorstel vriendelijk af. Dit is het Amerikaanse zuiden waar met groot ongeloof werd gereageerd op de recente boodschap van Barack Obama waarin hij zijn steun gaf voor het homohuwelijk. De Amerikaanse ‘We Against The World’ lijkt plots niets meer dan een illusie van onbestaande verbondenheid, waar de ontkenning van anderen en verschil onder mensen voorop staan.

Dan maar trouw mijn postje weer innemen langs de kant van de weg. Ik heb geleerd van eerdere succesvolle ervaringen dus kies ik voor een neutrale kledingstijl, een niet te enthousiaste glimlach, ik schrijf in duidelijke letters op een stuk karton en ik posteer me in de schaduw van drie grote kruisen en een kerkgebouw dat maar liefst vijfduizend vijfhonderd gelovigen kan herbergen. Deze religieuze plaats plaats inspireert de chauffeurs echter niet om een goede Christelijke daad te stellen door mij een lift aan te bieden.
Opnieuw moet ik mijn poging besluiten na drie uur en ben ik genoodzaakt een bus te nemen naar de Country-wereldhoofdstad.

dwars door de Amerika's

© 2012 GENTBLOGT VZW

7 reacties »

  1. Reactie van koen

    Hey Arne, Je verhalen blijven uiterst boeiend. Ik was zelfs ontgoocheld bij de haakjestekest ‘wordt vervolgd’, gelukkig volgde deel 2 al op de volgende dag. Misschien moet je maar gewoon blijven reizen, zo hou je ons ook constant in vakantie/avonturierstemming. CU Koen

  2. Reactie van Ann VDV

    Arne, waarom wordt je geen reisjournalist of schrijver … ? Je hebt echt talent ! Ik heb al je blogs met plezier gelezen, ook wel een beetje uit jaloezie.Tot binnenkort in Kaaiman !

  3. Reactie van Ann VDV

    oei al meteen een d t fout

  4. Reactie van An Van der Linden

    Arne, Enorm boeiend. Ik sluit me aan bij de berichten dat je een volbloed schrijver bent. Ik blijf geboeid lezen. Hou je goed.

  5. Reactie van Josie

    Ook drie weken rondgetrokken in The Deep South en zalig om hier jouw indrukken van New Orleans, toch een van de meest unieke steden ter wereld, terug te lezen. Zou zo terug vertrekken!

  6. Reactie van jeronimo

    ha Arne, ik blij je bespiegelingen vol melancholie, ironie en humor fantastisch vinden, ooit al gedacht om al je verhalen te bundelen in een fotoboek?

  7. Reactie van bieke

    Komt er nog een vervolg? Het eindigt zo medogenloos.. We like. We want more.