Filmfestival 2013, dag 3

donderdag 10 oktober 2013 8u02 | Bruno Lowagie | reageer
Trefwoorden: , .

logo film fest gentVerslagje van dag 3 van het filmfestival Gent dat we dit jaar slechts “deeltijds” volgen (wegens te druk bezig met andere dingen):

The Fifth Estate
Zonder iets van kritieken te lezen vooraf, ben ik naar deze film getrokken met de verwachting: “Dit word een film zoals The Social Network.” Net zoals we in de “Facebook-film” de fijne en minder fijne kantjes van Zuckerberg te zien kregen, hoopte ik op een boeiende film waarin de fijne en minder fijne kantjes van Assange belicht werden. Wat was de oorzaak van mijn teleurstelling? Ik weet het niet goed. In de eerste plaats vond ik de film saai. Dat er van Berlijn naar Ijsland naar Luik naar Kenia naar Brussel naar … gereisd werd, was eerder storen dan spannend. Dat werkt in films zoals World War Z of The Bourne Supremacy, maar dit werkte niet in The Fifth Estate. Ook de muziek stoorde me constant. De soundtrack paste als een tang op een varken.

In de tweede plaats, na er een nachtje over geslapen te hebben, stoor ik me aan de mossel-noch-vis-morals. Ik weet het: bits en bytes hebben geen moraal, dat is waarom exacte wetenschappers zo graag met computers bezig zijn: iets is 1 of 0, wit of zwart, true of false,… Er zijn geen mogelijkheden tussenin. Dat is handig. Een ingenieur daarentegen (toch in mijn definitie van toegepaste wetenschapper) weet dat niets volledig waar is en niets volledig onwaar. Om iets gedaan te krijgen echter, moeten we een beslissing nemen: “We weten dat we mogelijks fout zitten, maar laten we er voor onze berekeningen van uitgaan dat onze hypothese correct is.” Geen enkele ingenieur weet precies hoeveel gewicht een fundering kan dragen. Je kan dit enkel te weten komen middels een destructieve proef. We berekenen een fundering op basis van hypotheses en in de meeste gevallen blijven de gebouwen die erop steunen staan. Dit is een lange, saaie uitleg gewoon om te zeggen dat ik het vervelend vind dat de film besluiteloos overkomt. Ik mis een standpunt. Misschien was een documentaire beter geweest.

Like Father, Like Son
Ryota is een Jappener zoals we hem kennen uit de clichés: veeleisend voor zichzelf, veeleisend voor zijn kind, een echte workaholic. De film opent met de “sollicitatie” van zijn zoontje Keita voor de basisschool. Zoonlief is “geslaagd” en daar kan de vader alleen maar trots op zijn. En dan komt er plots bericht uit het ziekenhuis: misschien is uw zoon uw zoon niet; misschien werd uw zoon verwisseld bij de geboorte.

In wat volgt krijgen we een inkijk op het gezinsleven in Japan. Ryota die aanvankelijk zo zeker lijkt van zijn eigen gelijk, wordt gedwongen zichzelf in vraag te stellen. Het resultaat is een boeiende film. Als je nog niet weet welke film kiezen, check dan vlug of er nog tickets zijn voor “Like Father, Like Son”.

The Immigrant
Als je niets goeds te zeggen hebt over iets, zwijg dan, is een goede raad, maar ik sla hem even in de wind om te zeggen dat deze film twee uur van mijn leven heeft afgepakt die ik nooit meer terugkrijg. Een vrouw (een verkeerd gecaste Marion Cotillard) raakt op Ellis Island gescheiden van haar zus. Een man (een goed gecaste Joaquin Phoenix) zorgt ervoor dat ze in New York raakt en zet haar aan het werk als prostituée om het benodigde geld te verzamelen zodat ze haar zus kan vrij kopen. Tussendoor is er een intrige met goochelaar (een totaal verkeerd gecaste Jeremy Renner). De film is oerdegelijk gemaakt, maar o zo steriel: ik voelde me op geen enkel moment geraakt. Tegen het einde zat ik te denken: Doe maar wat jullie willen, het kan me allemaal niets meer schelen. Niet bepaald een gevoel dat je als filmmaker bij je publiek wil opwekken, toch?

L’inconnu du Lac
Ik herhaal: als je op het festival van film naar film gaat, zonder vooraf iets af te weten van de film die je gaat zien, dan kom je regelmatig voor een verrassing te staan. Dit was ook het geval met “L’inconnu du Lac”. Om te beginnen was er de setting: een bosrijk gebied nabij een meer waar enkel mannen komen om (al dan niet naakt) te zwemmen, te zonnebaden en te keuren wie je wel eens van naderbij zou willen leren kennen in het bos. We volgen Franck die stiekem verliefd aan het worden is op Michel, een man met een Tom Selleck snor. We komen dit te weten dankzij zijn gesprekken met Henri, een gescheiden man die als enige niet naar het meer komt voor de rust en niet om er een andere man op te pikken. De plot is die van een moordverhaal uit de betere thriller, maar toen de lichten weer aangingen na de film bleek er een kwart minder volk in de zaal te zitten. De reden? De seksscènes tussen mannen zijn nogal expliciet. Bij elke penis die bigger than life op en neer ging in mond of kont, bij elke ejaculatie die over het doek spoot, verdween een bosje mensen onder het gegniffel van zij die bleven zitten. Een heel speciale ervaring. ;-)

82 dagen in april
Om het met Jos Gijsen te zeggen “Had geweest kunnen zijn:” een goeie kortfilm. Waarom een goeie kortfilm? Omdat het uitgangspunt niet slecht was: een vader en moeder gaan naar Turkije om de rugzak van hun overleden zoon op te pikken en de vader beslist, sterk tegen de zin van de moeder in, om de reis van de zoon, Maarten, te reconstrueren op basis van diens dagboek. Marc Peeters en Karen Van Parijs zijn uitstekend gecast als de ouders van Maarten, maar hebben de pech dat de film geen 90 minuten kan boeien. Met een plot die zich zo voorspelbaar afrolt, hoop je op mooie beelden waarmee je als kijker mee kunt reizen met de overleden Maarten en zijn ouders. Helaas. Bij een statisch beeld van een landschap, slaagt de cameraman er niet in zijn camera stil te houden. Ik werd er een beetje zeeziek van. Bovendien wordt constant gebruik gemaakt van een flou artistique die herinnert aan de dia-avonden van een fotograaf met onvaste hand. Als je dan toch in Turkije bent, waarom stel je dan niet scherp op het wijdse landschap? Enfin, mijn kritiek is misschien te zwaar, want het is zeker geen slechte film. Misschien was ik er gewoon niet voor in de stemming na de ruisense bomen aan een Frans meer ;-)

Ain’t Them Bodies Saints
Texas, een verhaal dat begint als een Bonnie & Clyde story, waarbij het koppeltje Bob en Ruth samen met ene Freddy na een mislukte hold-up op de vlucht moeten. Ze verschansen zich in de oude farm van Bob’s vader en het komt tot een shoot-out. Freddy legt er het loodje bij neer; Patrick, een agent, raakt gewond. Bob en Ruth worden opgepakt. Bob gaat voor lange tijd achter de tralies; Ruth wordt vrijgesproken en baart Bob’s dochter. Dat is ongeveer wat in de eerste tien minuten gebeurt.

Het verhaal zelf begint een vijftal jaar later. Bob is ontsnapt en iedereen, de politie, maar ook de vijanden die Bob tijdens zijn boevenjaren maakte, verwacht dat hij Ruth zal opzoeken. Het resultaat is een zeer genietbare film met acteurs die goed op dreef zijn: vooral Ben Foster (die we een dag eerder al zagen als William Burroughs in Kill Your Darlings), maar ook Casey Affleck, Rooney Mara, en Keith Carradine.

Vandaag kunnen we maar een halve dag present zijn op het filmfestival. Vanavond zijn we te gast in Eindhoven voor Deloitte’s Fast 50 Award Ceremony.

© 2013 GENTBLOGT VZW

Reacties zijn gesloten.