Rabot 4-358

vrijdag 24 januari 2014 16u39 | Magali Degrande, Caroline Van Peteghem | 2 reacties
Trefwoorden: .

Rabot_logo_groter.105802Sinds donderdag 23 januari kunnen de Gentenaars het resultaat zien van het Rabotatelier dat de geëngageerde theatermaker Simon Allemeersch inrichtte in de Rabottorens, over het leven in de Rabottorens die tegen 2018 definitief ontruimd en afgebroken zouden moeten zijn. Of beter — resultaten in het meervoud:

  • een theatervoorstelling die een persoonlijke presentatie is van een videodocumentaire, te zien in Vooruit
  • een boek, dat vrijdag 24 januari 2014 wordt voorgesteld op de nieuwjaarsreceptie in het Buurtcentrum Rabot maar eerst met een plechtige stoet door de wijk wordt gedragen. De stoet vertrekt om 17u aan de historische Rabottorens, gaat via de blokken en de Wondelgemstraat en eindigt dus in het buurtcentrum (Peter Vermeersch van Flat Earth Society heeft een compositie voor de stoet gemaakt en trommelt muzikanten op, er is een heuse zijden vlag gemaakt voor het Rabot en er zullen mensen maquettes ronddragen van de woontorens)
  • en expo’s (eentje in het ticketbureau van Vooruit en eentje in het Rabotzelf)

Simon Allemeersch: ‘Alles is begonnen in 2009. Wannes, een vriend die voor Samenlevingsopbouw werkt, vertelde me dat de torens zouden worden afgebroken, en als theatermaker voelde ik meteen de nood om er een soort project over op te starten. Een gewone theatervoorstelling mocht het in ieder geval niet worden, want theater is een vluchtig medium, en de afbraak van die torens is iets definitiefs en onomkeerbaars, dus ik wou er andere media bij betrekken, zodat er verhalen bewaard konden blijven.’


Allemeersch:’Verder had ik geen plan, en ook maar een heel beperkt budget, maar ik wist dat ik de mensen daar pas echt zou leren kennen als ik op een bepaalde manier één van hen zou worden. Het is toen dat het idee kwam om mijn atelier in één van de torens te vestigen. Ik wou mijn tijd nemen om naar de bewoners te luisteren, maar ook om er nieuwe verhalen te creëren door de bewoners in contact te laten komen met alle kunstenaars die mij bezochten in mijn atelier, van collega-makers tot Frank Beke: Ontmoetingen die anders zouden uitblijven’.

Het vestigen van Allemeersch atelier in één van de torens liep overigens niet van een leien dakje. Logisch ook, als er net besloten is dat iedereen buiten moet, is het een beetje vreemd om iemand binnen te halen. Allemeersch: ‘Ze hebben mij eerst geweigerd, maar uiteindelijk kon ik in de eerste blok terecht. Daar verwijst de titel van de voorstelling en de documentaire ook naar: 4-358 zijn alle huisnummers van de eerste blok.’

Allemeersch: ’26 maanden heb ik er uiteindelijk gezeten en het is in ieder geval een enorm leerrijke periode geweest. Heel veel dingen die altijd al vanzelfsprekend zijn geweest, beginnen plots te wankelen. Zo ben ik er bijvoorbeeld wel van geschrokken hoeveel mensen niet kunnen lezen of schrijven. Of dat mensen, als ze horen dat ik theatermaker ben echt vroegen: ‘Theater, wat is dat?’ Sowieso leven er daar heel veel verschillende mensen op een relatief kleine oppervlakte, zodat je een soort maatschappij krijgt op microschaal. Veel mensen leven dan ook nog eens in armoede, hoewel dat zeker niet de regel is. Er zijn bijvoorbeeld ook heel wat bemiddelde mensen die er echt werk van hebben gemaakt om hun appartement mooi in te richten. De bewoners zijn daar ook mee bezig, hoor, dat ik hun verhaal niet al te clichébevestigend breng. Op een bepaald moment was ik bezig met sluikstortafval te filmen, en daar werd ik op aangesproken door één van de bewoners. Omdat ik door die beelden net het negatieve imago dat er over hen heerst, onderschreef. Sindsdien heb ik altijd de gang gekuist voor ik er begon te filmen.’

Allemeersch:’ Alles wordt ook nog eens versterkt door de akoestiek die door een architecturale fout echt een ramp is, waardoor iedereen ook veel meer van elkaar weet dan pakweg een groep buurtbewoners in Sint-Martens-Latem. Die zullen ook wel hun problemen hebben, maar als je in een villa woont, blijven die sowieso meer binnenskamers.’

Allemeersch: ‘Het is vooral dat wat ik wil brengen, hoe het gebouw met al zijn grillen het leven van zoveel mensen bepaalt. Een journalist noemde de torens ooit ‘lelijk’ en daar zijn de bewoners echt kwaad van geworden. Het gebouw heeft zijn gebreken, en ja, soms zorgen die voor verhalen met een zekere spektakelwaarde, maar de bewoners zelf zijn op een bepaalde manier vooral trots op de plek waar zij bijna 40 jaar lief en leed hebben gedeeld. Het uitzicht is er ook fantastisch. Je moet daar eens op de 17de verdieping gaan staan als de zon opkomt of ondergaat. Een idyllische postkaart van Gent is het.’

Rabot 4-358
documentaire / voorstelling – nog zaterdag 25 en zondag 26 januari, telkens om 15u.
boekvoorstelling op vrijdag 24 januari in Buurtcentrum Rabot
expo’s – vanaf 6 januari in ticketbureau Vooruit  en op 25 & 26 januari in het Rabot. Voor het Rabot reserveren via rabot@vooruit.be
Tickets via Vooruit
Extra info hier. 

© 2014 GENTBLOGT VZW

2 reacties »

  1. Reactie van filip

    Gisteren naartoe gegaan, en ‘t was de moeite! Een aanrader.

  2. Reactie van jos tavernier

    Het letterteken ” Rabot 4-358″ past perfect bij de herdenking 1914-1918.