Kom gerust binnen, ga zitten, blader door ons archief. Wij hebben geprobeerd u tien jaar te informeren en vermaken met besprekingen van, recensies over en kritieken op al wat in de Arteveldestad te beleven viel. Een restaurant? Veel kans dat het hier besproken werd. Muziek? Theater? Comedy? Jazz? Wij trokken op pad, verruimden onze eigen horizonten en hopen van u hetzelfde.
U vindt hier tien jaar Gentse Feesten, tien jaar Foto van de Dag, tien jaar Gentse Actua. Tienduizenden artikels, een klein kwart miljoen reacties.
Ilse, Lien, Bruno, Steven, Dimi, Steve, Hans, Patricia, Hendrik, Teun, Charles, Jeroen, Peter, Els, Katrien, Veerle, Sandra, Tom, Greet, Frank, Max, Gudrun, Ivan, Thierry, Wouter, Arthur, Guido, Rony en nog zo enorm veel anderen — iedereen bedanken is onbegonnen werk: honderden schrijvers en fotografen zorgden voor inhoud, duizenden mensen lieten reacties na, en allemaal samen waren we Gentblogt.
Vóór en achter de schermen, want Gentblogt was ook tien jaar redactiewerk, tien jaar beslissen-bij-consensus, tien jaar ruzie en dan weer goedmaken, tien jaar liefde en leed, tien jaar elke individuele dag trouw op post.
Tien jaar Gent.
Wij hopen dat u evenveel plezier had bij het lezen, als wij hebben gehad bij het schrijven van deze blog.
Oprecht bedankt, en tot ziens. Het was een eer uw stadsblog te mogen zijn.
Hoe het voor mij begon, kan u hier teruglezen.
Hoe het stopt, kan u straks zelf volgen.
Er werd hier de voorbije dagen heel wat afscheid genomen en er werden heel wat herinneringen opgehaald.
Inmiddels is alles zowat al gezegd: over die fantastische stad waarin we leven, over nieuwe dingen zien en beleven, over nieuwe mensen leren kennen en vrienden maken, over die wonderlijke gemeenschap die Gentblogt geworden is. Wie durft er nog beweren dat computers en tinternet en al ervoor zorgen dat mensen geen sociale contacten meer aangaan en vereenzamen achter hun pc?
Maar ik wil hier toch niet het licht helpen uitdoen zonder iedereen nog een superdikke knuffel te geven! En ervan overtuigd te zijn om jullie allemaal nog ergens tegen te komen. Some time, some place. Hoe dan ook, ik zal jullie hier wel missen. Want Gentblogt was de voorbije jaren toch wel een belangrijk onderdeel van ons gezinsleven.
Wanneer ik dit schrijf, is het effectief 15 februari. De laatste dag van dit blog. Ik zou liegen als ik zou zeggen dat het geen pijn deed, want dat doet het wel.
De voorbije dagen is meermaals mijn gemoed volgeschoten terwijl ik de laatste artikels nalas, redigeerde en inplande. Maar het is mooi geweest, het is goed geweest.
Voor mij begon het blijkbaar ook al ergens in 2005: ik had Gent.blogt aangekondigd gezien in de krant, en was meteen gaan kijken. Niet dat ik ook maar iemand van de initiatiefneemsters kende, bij mijn eerste bijdrage werd er door Huug zelfs getwijfeld of ik een jongen of meisje was. Maar blijkbaar bleef het in mijn achterhoofd spoken, want al gauw begon ik alle fijne zichten te bekijken vanuit Gentblogtstandpunt: zou dit een foto van de dag kunnen worden? De eerste kwam er in september 2005.
Daarna profileerde ik me vooral als bourgondiër: elk restaurant dat ik bezocht, werd meticuleus aan een onderzoek onderworpen om daarna prompt gereviewd te worden. Vraag gerust aan mijn tafelgezelschap: die werden er soms gewoon moe van, van mijn gefotografeer en gedoe. Ik kan het hen niet kwalijk nemen, maar ik wilde gewoon iedereen op de hoogte houden van dat nieuwe restaurantje, die fijne koffiebar, dat leuke eethuis, en dat zonder er ooit voor betaald te worden. Cultuur kwam er uiteraard ook bij, en daar kregen we wel geregeld vrijkaarten voor een van de voorstelling in ruil voor een bespreking. Ik ben stukken gaan bekijken die ik anders nooit zou gezien hebben, er is vooral een wereld aan kindertheater voor me opengegaan, ik heb prachtige balletten gezien, en ik heb intens genoten van de Gentse Feesten, die je met compleet andere ogen gaat bekijken als je er achteraf verslag van maakt, geloof me.
zondag 15 februari 2015 11u02 |Faits Divers|
Arne Van Schoors |Reageren uitgeschakeld
Er werd mij gevraagd om ook een slotakkoord te schrijven voor Gentblogt, het mocht bijvoorbeeld handelen over de terugkomst na mijn lange reis. Een reis die ik eerder mocht beschrijven als de Uncle Traveller Matt van deze blog in 2012. Ik vreesde echter het risico te lopen mezelf te herhalen en vooral pijnlijk wijzer en rijper proberen te lijken na mijn odyssee. Ik spaar dit wel voor mijn kleinkinderen, of de muren van het rusthuis in het slechtste geval.
Ik verkies mijn toetsenbord liever te gebruiken voor iets meer significant in mijn leven.
Ergens in de garage staat er een grote pot met aarde. Tussen pmd en resten opgedroogde verf. De planten die het einde van Gentblogt niet gehaald hebben krijgen daar hun laatste bestemming. Uitgedroogd en Verrot vinden elkaar in een aarden paradijs. Ze zullen het zich wel anders hebben voorgesteld dat einde. Eervoller misschien. Zeker de na de lente waarin ze in volle glorie kleur gaven aan een stukje voortuin in het Gentse.
De lichtinval is pover, de warmte afwezig. Sinds kort is er een scheutje door de zwarte aarde gebroken en bij gebrek aan huisdier heeft dit fris sprietje groen mijn liefde gewonnen. “Je bent een gewillig slachtoffer van de liefde”, liet ik mij ooit vertellen.
Het nieuwe plantje geeft betekenis aan een streepje avond wanneer mijn zoontje gaan slapen is en mijn vriendin les aan het geven is aan iets ijverigere types dan mezelf die ook de weekavonden nuttig willen invullen. Aan mij is er geen cursus, zelfs geen squashraket verloren gegaan. Ze doen maar en daarbij het brengt hier brood op de plank.
De stengel heeft drie groene blaadjes en elke dag neem ik een aantal maal een kijkje of er al iets nieuws aan het gebeuren is in die pot. Ik vermoed dat het een azalea is, maar zou er mijn hand niet voor in het vuur steken.
Eigenlijk weet ik niet zoveel van planten. Lees verder…
Het was toch even schrikken als plots het bericht binnenkwam dat Gentblogt ermee stopt.
Waar is de tijd dat Youtube opkwam en je zelf video’s kon maken en posten zonder dat je TV en al die dingen nodig had.
Bij me begon in feite per toeval. Ik had een fototoestel waarop ook filmfunctie zat. Met een geheugenkaartje kon je een minuut of vijf filmen. Vrij stoemelinks had dat ontdekt, en sindsdien ben niet meer gestopt met filmen en iedereen voor de camera te sleuren.
Het was de moment wereldsterren te interviewen en campagnes te organiseren om de aankomst van de Tour de France naar de Blandijnberg te brengen.
Weldra volgde een echte camera en ik hoefde me niet meer tot 5 minuten te beperken, en zat er ook een micro op.
Het was de moment om Gent in New York bekender te maken, of de kringwinkels te promoten vanuit Las Vegas, of het Wk vis te volgen of wat voor excuus er zich ook maar voordeed.
In de vroegere wereld kan je daar niet veel mee aanvangen als je niet tot het kleine kringetje van de TV behoorde. Maar Youtube was er, en kanalen als Gentblogt om video’s te verspreiden. En wie heeft tv nodig als je zelf een zender kan oprichten?
Niet iedereen was altijd even opgetogen over de onzin die ik postte, maar dat was ook juist het leuke aan Gentblogt. Woord en wederwoord, altijd interessanter dan eenrichtingsverkeer.
Aan alle goede dingen komt een eind. Zou denken dat Gentblogt op zijn manier een pioniersrol speelde, maar kan snappen dat er een einde aan komt. Tijden veranderen, en een mens moet ook tijd hebben.
Zelf was ik hier de laatste tijd ook niet meer zo actief. Werk nu met m’n onzin voor een ‘respectabele krant’, en o ironie weldra ook voor een klassieke Tv, maar dit is nog geheimpje.
In ieder geval, wreed merci aan alle mensen van Gentblogt om vele mensen een stem en zendtijd te geven, en het gaat jullie goed!
En voor lezers die verweesd achterblijven, nog even meegeven dat tv ekkergem ook een ‘uitzending door derden’ heeft. Heb je zelf een video gemaakt die op YouTube staat, kan je die altijd doorsturen, en wat een minimumgehalte aan silliness heeft, krijgt daar een plek. (sorry voor de discriminatie van serieuze mensen, maar geheel serieuze video’s passen niet op tv ekkergem)
Eind 2006 werd ik er op gewezen dat er een blog in Gent was. Een stadsblog, Gentblogt.be zowaar. Ik had het nog niet ontdekt, hoewel ik toch al zo’n 4 jaar in Gent verbleef. Afkomstig uit Zeeuws-Vlaanderen, een “reservebelg†dus, en ruim 30 jaar professioneel actief geweest als fotograaf in de publiciteitssector. Kranten, week- en maandbladen, reclamebureaus, juist die voedingsbodem gaf me de zet om eens wat in te sturen naar Gentblogt.
Vanaf toen ging het snel. Eerst wat foto’s, dan eens een reportage, en voor ik het wist werd ik bij de redactie gevraagd en smeet mij er volledig in. Zeker ook mijn eerste Gentse Feesten, met o.a. puppetbuskers, voor Gentblogt was het rennen en vliegen, maar wat was het goed. Aan het eind van de avond of midden in de nacht bij eindredacteur Michel de foto’s uitzoeken, het deed weer denken aan mijn krantentijd. Ook omdat de mensen, redactie en medewerkers waar ik mee te maken kreeg, dat enthousiasme danig aanspoorden. Veel schrijven lag me niet zo, maar fotograferen des te meer.
Juist die wisselwerking met Gentblogt en het sociale ervan met het stadsleven van Gent heeft me zoveel meer laten proeven van kunst (musea), muziek (festival van Vlaanderen), cultuur dus in allerlei vormen. En zoveel interessante en lieve mensen leren kennen.
Het verzorgen van de “foto van de dag†werd later een dagelijkse routine. Ik zal dat missen, het was altijd een vast patroon van de dag (of nacht) een foto te kiezen. Gentblogt is de inzenders veel dank verschuldigd dat ik genoeg “munitie†kreeg om ’s morgens een “verse†foto te plaatsen. Dat wordt afkicken!
Ik zal het missen uiteraard! Maar het is goed om op een juist ogenblik te stoppen met de blog, alles heeft zijn tijd, zeker in internetland. Alles blijft zichtbaar via het archief. Zodat we kunnen mijmeren bij de 10 jaren van het “project†die een blijvende indruk gemaakt hebben op mijn leven.
Omdat we het ook al eens graag willen doen zonder scherm of kinderen in de buurt, hebben mijn madam en ik bedacht dat we voortaan om de 2 weken eens iets cultureels op onze agenda zetten.
De vorige poging liep niet zo vlotjes dus was alle hoop op deze uitstap gericht.
“Nerf” zou het worden. Al van gewoonte werd de voorstelling geselecteerd op basis van de foto (door mij) en op basis van de tekst (door de madam). Dus wij op de fiets naar de Minard.
Nog voor de voorstelling begint, excuseert een deftige heer zich voor het storen en weet ons te melden dat de eerste zangeres, ene Soetkin Baptist (u weet wel, dat is die zangeres van het Eurosongfestival) ziek is en dat de tweede zangeres ‘s ochtends ook gemeld heeft dat ze ziek is. Het kon dus voor ons alleen maar betekenen dat ook deze avond niet zou door gaan. “Maar”, voegde die brave mens er aan toe, “…ik heb dan toch maar naar Soetkin gebeld om te vragen of ze vanavond voor u toch niet wou optreden. *soelaas!* En ik laat u bij deze weten dat ze er vanavond bij is en dat de voorstelling gewoon door gaat. Maar ik moest u wel meegeven dat Soetkin nog niet de volle 100% is.”
Wij tevreden dus en de rest van de bezoekers blijkbaar ook.
Nerf is een zeer mooie, ontroerende en realistische voorstelling voor volwassenen. Laat u vooral niet leiden door de poppen. Ze brengen u heen en weer in de tijd. Ultima Thule, die de voorstelling speelt, verdient onze 5 sterren met een prachtig en origineel decor, mooi spel en zoals gezegd originele en leuke muziek. We geven zelfs een 6e ster aan de techniek die zeker mee deel uit maakt van het afgewerkte geheel van de deze voorstelling.
In 2005 had ik zeëen van tijd. Ik werkte een weinig veeleisende 9-to-5 ergens in het Brusselse, had een plethora aan interesses en een blog waarop ik daarover al bijna vier jaar dagelijks berichtte. In februari van dat jaar, doken in de toen nog bijzonder kleine blogosfeer plots drie meisjes op, die met veel branie –en via een artikel in De Standaard nog wel– een Gents stadsblog presenteerden. Het kot was te klein. Een aantal zelfverklaarde Gentse dinosauriërs (lees: voornamelijk Michel en ikzelf), vroegen zich hardop af waarom de intiatiefnemers niet eerst aansluiting hadden gezocht bij bestaande Gentse bloggers. Drie e-mails en een ontmoeting verder, en voor we het eigenlijk goed en wel beseften, maakten we deel uit van de redactie. Gentblogt (toen nog gent.blogt.be) bestond van bij het begin uit een bijzonder hechte en immer keuvelende groep enthousiastelingen, zowel offline als online. Het kan trouwens niet anders of in het huishoudelijk reglement moet ergens hebben gestaan dat de redactievergaderingen minstens een paar keer per jaar tot de volgende ochtend moesten duren. Werk- en gezinsomstandigheden hebben er uiteindelijk voor gezorgd dat er minder bijeen werd gekomen, maar de (blog)drang en de vriendschappen bleven standvastig.
Gentblogt heeft voor iedereen deuren geopend. Binnen de korste keren kreeg ook ik een duwtje (een stevige duw) in de rug, en werd ik, na een aarzelend eerste artikel, vaste klant bij Opatuur. Het was de perfecte plaats om er als beginnend fotograaf mijn eerste stappen in de jazzfotografie te zetten, en ook muzikaal verder ingewijd te worden in de Belgische jazz. De berichtgeving over Opatuur bleek bovendien een schone springplank naar berichtgeving over Gent Jazz (toen nog Blue Note Festival, en daarna Blue Note Records Festival), waar ik niet alleen elk jaar naar terug mocht keren, maar tevens huisfotograaf werd (samen met de grote Jos Knaepen) en waar ik nu in het programmateam zit. Van Chinese vrijwilliger om Opatuur te bezoeken, is het het jazzgebeuren zo een onlosmakelijk deel van mijn leven geworden. Het is een kans die ik zonder Gentblogt waarschijnlijk nooit had gekregen (of genomen), en waar ik altijd erkentelijk voor zal blijven.
Het is waanzinnig, de mensen die ik heb ontmoet, de evenementen die ik heb bijgewoond, de muziek die ik heb gehoord, en de tentoonstellingen die ik heb gezien. Op tien jaar tijd heb ik meer dan 800 artikels geschreven en een veelvoud daarvan aan foto’s gemaakt. Op de artikels over jazz kwam vaak weinig reactie op de site, maar de mensen spraken er mij vaak over aan op concerten. En dat was een deel van het plezier, als bleek dat de mensen Gentblogt kenden, en we door zowel lezers en organisaties als waardevol werden beschouwd. Ik ga Gentblogt heel hard missen, vrees ik.
Steve Reynders, de man die ons logo heeft ontworpen, heeft speciaal voor ons afscheid nog een cartoon getekend, eentje die ons echt volledig op het lijf is geschreven getekend.
Een uniek project dankzij de ongewone samenwerkingsformule die de tandem Zeebroek – Delapierre er consciëntieus op na hield. Een verhaal dat zich laat lezen als een partijtje muzikale pingpong. Met een happy end. Resultaat: 12 nummers die om beurten doen denken aan Gavin Friday, Leonard Cohen in een geile mood, Daan en de betere Eurosong kitsch.
Bestanddelen: bevreemdende lyrics, hitsige parlando, noisy gitaren, samples, bleeps en kale elektro die nogal eighties aandoet. ‘It’s a fine day’ heeft het allemaal. Eerder donker en ‘late at night’ qua ambiance maar op radio deprimo wordt niet afgestemd. Gloomy zonder doomy te zijn. Daarvoor is de concentratie aan vette knipogen net iets te groot. Er mag al eens gelachen worden.
De positieve respons die de volgehouden onderneming kreeg, inspireerde het duo om de samenwerking over Nieuwjaar heen te tillen. Ook in 2015 staan er dus nog fijne dagen op het programma. Zij het aan een iets minder verschroeiend tempo dan vorig jaar.
Gentblogt zit niet in slechte papieren, zegt de krant. Opluchting alom, al kwam er nooit echt veel papier aan te pas natuurlijk.
Wat flitst er? Een feest in een zwembad, een laatste bezoek aan een legendarische bakkerij, een sprong in het water, uit bekommerdheid om schone rivieren. Opmerkzame, koppige, en boven alles geestige Gentenaars met uiteenlopende meningen over wat goed is voor een stad. Tussenkomsten die minstens even en vaak kritischer waren dan de gepubliceerde artikels. Af en toe gemelijke internettrollen die het feestje probeerden te bederven, maar die zonder genade ingemaakt werden, zij het uitsluitend verbaal en altijd virtueel. Dromen over wat nog meer zou kunnen. Luidop gedroomd, want zonder dromers zou dit soort projecten nooit geboren worden.  Gepassioneerde gesprekken over kwesties die eenieder die ooit een gepassioneerd  gesprek voerde wel kent. Voedsel ook, voor het lichaam en voor de geest, en cola-light, en koffie en pintjes, of plotsklaps een heleboel cocktails op een ogenblik dat niemand het had verwacht.
Nieuwsgierigaards die vroegen waar het redactielokaal was en die “overal in Gent” als antwoord  kregen, wat waar was. Verhalen, met woorden en beelden geregistreerd door mensen die wisten met hoeveel liefde een stad bezongen dient te worden. Mensen die ik voordien niet kende en die ik misschien nog steeds niet zou kennen, mocht Lien Braeckevelt mij niet voorgesteld hebben eens mee te komen naar een vergadering in het achterkamertje van een diep-christelijke instelling. Een mopperende maar begenadigde huistekenaar die een vriend werd. Een aangespoelde Nederbelg van wie ik vermoed dat hij hier nooit meer weg wil. Mensen met vier keer zoveel kinderen als ikzelf en/of een fulltime job, die na de werkuren niet alleen schreven, allerlei culturele evenementen bezochten, maar ook rekenden, knipten en plakten om alles een mooie vorm te geven. Een leeftijdsgenoot die het uitgaansleven in het Gent van de jaren 80 beter kende dan een gemiddelde mens de namen van zijn nageslacht. Een man die eigenhandig een televisiezender oprichtte in de wijk Ekkergem. Ik las in de reacties dat iemand hem ging missen: volg vooral hier zijn belevenissen. Wat hij doet is te relevant om zo onbekend te zijn. En alle anderen. Lees verder…
donderdag 12 februari 2015 19u00 |Gentblogt, Te Gast|
Pierre Lagae |Reageren uitgeschakeld
Scouting is voor optimisten op zoek naar avontuur en dromend van woeste golven. Ook Sint-Pol drijft op het enthousiasme van leden en leiding. Op de betrokkenheid van ouders en oud-leiding, als toeschouwers op de eerste rij. Maar ook op de goedkeurende knik of genietende blik van de Gentenaar op de achterste rij. De buitenstaander zonder zitplaats die weet dat ook zoekende en zwervende scouts deel uitmaken van het Gentse universum.
Acht jaar geleden openden Jozefien en Lukas zo de gastperiode van Scouts Sint-Paulus op Gentblogt. Een jubileumviering, nieuwe website en groepskamp later staan de kindjes van weleer aan het roer van de scouts waaruit zij toen zoveel inspiratie haalden. Is er veel veranderd, vraagt u zich af? Nieuwe tijden brengen nieuwe generaties; nieuwe generaties brengen vooruitgang. Oud-leiding wordt afgelost door een volgende stroom alumni die het lastig heeft om de groep meteen los te laten. En waarom zouden ze ook?
Wie stopt met scouts doet dat nooit helemaal: dat merk je aan de bereidheid bij velen om nog steeds een handje toe te steken. Expertise is de ware rijkdom van een scout wiens hemd al driemaal scheurde, niet het aantal tekentjes dat die scheuren moet toedekken. Het is vooral de vrijheid die individuen en groepen krijgen om te experimenteren, zich te ontwikkelen en te onttrekken aan de alledaagsheid die wij zo waardevol schatten. Wij, dat is de huidige leidingsploeg van Scouts Sint-Paulus: een ongeoorloofd creatieve combinatie van karakters en figuren die acht jaar geleden nog het bloed van onder de nagels trok bij de toenmalige leidsters en leiders. Experts in wording. Lees verder…
Na een geslaagde aftrap gisteren is het uitkijken naar vanavond met op het programma:
* This ain’t no mouse music!, een unieke documentaire van en over Chris Strachwitz die meer dan 50 jaar lang, via veldopnames, op zoek is gegaan naar het authentieke geluid van Amerika, uitgebracht op het roemruchte label ‘Arhoolie Records’.â€
* Selectie kortfilms van eigen bodem met Medicine men van Freddy Lond , Bleu, het debuut van Kevin Hoed. Leegte, de nieuwe film van Michaël Vermaercke en Dissonant van Jurgen Willocx.
donderdag 12 februari 2015 12u07 |Faits Divers, Gentblogt|
Peter Waterschoot (tekst), O. (beeld) |Reageren uitgeschakeld
We enter the city. From 2 angles. Past via present to future.
First of all, it needs to be said, this city is not a real city. For it is impossible to go anonymous here.
A true city should be like a woman’s handbag, a Bermuda triangle, you need to be able to get lost in it. No such thing in Gent.
First angle. I sit in a hospital. Long corridors of people rushing in, rushing out. I write this piece in English. To create a certain distance, an objectivity, and moreover to be able to find lingua franca. A hospital corridor, people rushing in and rushing out, I have just become a dad, my feet are light as my heart. I seem to float into the new life of which people say gratuitous things like “life as you have known it will never be the sameâ€.
My son will be Gent-born and he will bear the Gent prosody and aggravated R, inherited through time. In his voice there will be the distant echo of textile factory workers shouting against wheels of steel. A city, its newborns and its departed, and others fighting for their lives. Checking in and checking out. If you truly want to see a city, if you want to look at its core, go to a hospital and tap in to the joy and drama of universal humanity. Same everywhere. Gent or whatever shithole in the world. A city is not its buildings. A city is not its treasures. And a city is, certainly not its bloody marketing!
A city is its people. A city is its people and its small enterprises. A city is its markets and its vendors shouting their lungs out in cold misty air. A city is its young people at 8 o’ clock in the morning after nightlife. A city is the drunken people. A city is vomit on the sidewalk. A city is rough. A city is tough. A city is a boxing club, a footballclub, chess on sunday, bookstalls and ballet. But let’s cut the crap, and get to my point. Let’s have a minute silence. For what is lost. For what we are still losing. Right now. Things lost will never be replaced. Shabby bars at midnight. Street food at night. Lees verder…
‘t Is toch iets, een mens gaat eens voor zijn plezier een foto nemen, op 11 juli 2009, tijdens een concert georganiseerd door Trefpunt in de Sint-Jacobskerk. Een mens denkt dan niet verder aan wat daar allemaal kan uit voortvloeien.
Hoor ik net voor het concert: ‘Meneer, kan u hier niet een paar foto’s nemen voor mij, want de batterijen van mijn toestel zijn plat, en we zouden toch wat foto’s willen.’ ‘Maar natuurlijk, meneer De Leeuw (Guido), als ik u daar een plezier kan mee doen. Mag ik dan ook even op het oksaal?’ Voor ik het wist stond ik in de organist zijn ogen te flitsen (beginnertjes doen dat immers) en moest ik opletten om geen hobo’s, klarinetten of andere blaasdinges omver te trappen.
Als een brave jongen breng je dan je foto’s proper binnen en krijg je uit dankbaarheid een frontstagepasje voor de Gentse Feesten die een week later startten. Gelukkig als een kind ben je dan natuurlijk, zonder in het gewoel te moeten staan foto’s kunnen nemen van wereldsterren als Willem Vermandere en Raymond.
Maar frontstage loop je ook niet alleen natuurlijk. Er was daar nog zo’n brave man, Thierry Lammertijn, die ook aan het fotograferen was. Blijkt hij van Gentblogt te zijn en vraagt me na een paar dagen nachten als het me niet interesseert om voor hen wat te doen. Ik ben wel niet Tom Waes, maar op zo’n vragen zeg ik zelden neen en een jaar later zat ik op een voorbereidende Gentblogt-vergadering in de Vooruit.
Guess what. Die Gentse Feesten regelt een mens zijn vakantie naar de Feesten, host een mens van concert naar toneel naar straatvoorstelling, zit die mens tot een stuk in de nacht foto’s te selecteren en te editeren, en valt die mens uit zijn bed als het tijd is om weer naar Gent te vertrekken. Allemaal om u, de Gentblogtlezers, te plezieren (en vooral ook hemzelf, twijfel daar niet aan).
En toen begon het eigenlijk maar pas. Want Gent bruist cultureel nogal hard en tussen twee Gentse Feesten door is er altijd wel iets te doen wat door mijn sensor kan worden gevat. Is het niet op straat (of onder de stadshal), dan is het wel in het Huis van Alijn, of in Herberg Macharius, of in de Gruut, of bij de Vieze Gasten of waar dan ook. En dankzij de Gentblog spin-off, Gratis in Gent, zijn veel activiteiten perfect op te volgen. Maar over dat probleem schreef ik een paar maanden geleden al.
En zo gaat het al een poos door. Maar het is plezant. Die mens van hierboven heeft ondertussen een hoop andere mensen leren kennen, je wil gewoon niet weten hoeveel, zowel binnen als buiten de Gentblogtsferen. En voor je het weet heb je een collectie foto’s van hier tot in Tokyo over allerhande Gentse activiteiten, festiviteiten en frivoliteiten, waarvan hier een heel kleine selectie. Lees verder…
Het weekend, zo leert ons jarenlange ervaring op het terrein, is steevast veel te vlug afgelopen. Niets beter dan een optreden om de tijd even een halt toe te roepen en het weekend in schoonheid af te sluiten. Zo ook afgelopen zondag met het elegante jazzcombo ‘Gentrifuge’ op het podium in Muziekcentrum Kinky Star.
Gentrifuge, goed gevonden naam overigens, bestaat uit drie Gentenaars die instrumentale composities brengen. Een weinig bruuskerende, zelfs zachtaardige, mix van jazz en pop(rock). Zachtaardig maar gedurfd.
De band, een drietal jaar geleden op poten gezet, brengt eigen werk en covers. Bewerkingen is een stuk beter op zijn plaats als omschrijving want de originelen waren tijdens het concert slechts bij vlagen herkenbaar. Zondagavond stonden o.m. nummers van Tom Waits en Radiohead op de playlist. Niet meteen namen die een mens linkt aan all things jazz maar het pakte verrassend goed uit. Kortom: muzikanten met een ruime blik, een open geest en zin in avontuur.
Een aanpak die wat doet denken aan de collega’s van ‘Dans Dans’. Net zo intens en broeierig maar iets minder op zoek naar uitgesproken contrast. Gentrifuge gaat eerder voor 50 tinten grijs i.p.v. wit-zwart. Meer melodie dan verrassende wendingen en ander hoekig spul. Voor het eerste optreden in Kinky Star werd een uur uitgetrokken. Dat volstond alvast om het publiek te overtuigen en een bisnummer af te dwingen. Lees verder…
Ik heb al jaren niet meer ingelogd. Ik heb al jaren niks meer geschreven. Ik heb al jaren niks meer gedaan voor Gentblogt. Dus ja, het is ook wel een beetje mijn schuld dat Gentblogt er mee stopt, wellicht. Sorry daarvoor!
Tien jaar geleden kreeg ik een telefoontje van Ilse. Want dat ik ook een blog had en ze had gelijk wel een leuk projectje in haar hoofd, samen met een collega van haar. Maar dat ze er nog iemand bij wilden, nog een blogger. Ikke dus. Een paar brainstorms later waren we er zowat klaar voor: een blog met een aantal mensen samen over Gent. Alles kan, alles mag, maar we laten ons niet sponsoren of voor de kar spannen van iets. Niet door de stad, zoals door velen gedacht werd. En ook niet door winkels of bedrijven. En dat principe hebben we aangehouden tot op het einde.
De start, dat was iets hectischer dan we zelf hadden kunnen inschatten. Wij kwamen zo’n beetje in het oog van de blogbelangstelling te staan met onze stadsblog. Tijden waren dat, jong. Heel leuke zelfs. Leuke nieuwe mensen leren kennen, mensen waarmee ik nog altijd contact heb. Mensen die ik als goede vrienden beschouw. Tijden van woelige redactieraden ook. We deden alles gratis en de hosting werd betaald door de vrienden van Gentblogt. .
Maar toen stapte ik in de stadspolitiek en werd ik verkozen. Niet veel later werd ik mama. Mijn tijd werd sterk gereduceerd en alles wat ik schreef, werd scherp onder de loep gehouden. Wat het meteen een stuk minder plezant maakte. Ik deed vooral nog actua eigenlijk. In 2010 heb ik er de stop uit getrokken: ik kon de energie er niet meer voor opbrengen, ook door een aantal persoonlijke gebeurtenissen in mijn leven.
Maar goed. Ik ben het project blijven koesteren. Ik las er nog heel geregeld. Ik zat niet meer in de redactieraad en was totaal niet meer op de hoogte van wat daar gezegd werd. Dus wist ik er ook niet van dat ze gingen stoppen.
Het piekt een beetje, maar ik begrijp dat wel. Iedereen zijn leven is veranderd. Als ik het niet meer zie zitten om er verder voor te gaan, kan ik dat ook niet verlangen van de overblijvers. Heel ferm trouwens, dat ze zo lang verder gedaan hebben al die tijd. Allemaal vrijwilligerswerk, allemaal na de uren. En er is zoveel veranderd in internetland, dat ook al. En inderdaad, het moet wijs blijven, als het niet meer wijs is, moet je stoppen.
Proficiat en bedankt, alle lieve medewerkers in al die jaren!
Bedankt, lieve lezers!
De tentoonstelling ‘art > border < art’ van het ‘Centrum voor Jonge Kunst’ (CJK) in het kasteel Claeys - Bouüaert (Mariakerke) stond al langer op ons verlanglijstje. Toch duurde het tot dit weekend, en de voorlaatste dag van de expositie, dat we de tijd vonden om er heen te gaan.
Grijs, mistroostig regenweer bij aankomst in Mariakerke. Kortom, een somber wintersfeertje maar dat werd in geen tijd goedgemaakt door de rondleiding van Ilknur Cengiz, de stralende gastcurator van dienst. Docente audiovisuele vorming aan de Kunsthumaniora in Brussel en in Gent al negen jaar actief in de gemeenteraad (SP.a). Met meer dan gemiddelde aandacht voor kunst en cultuur. Dat spreekt voor zich.
Ilknur, Turkse roots, werkte voor ‘art > border < art’ met het thema ‘vertrekken & aankomen’. Het gedwongen komen en gaan van mensen, en wat dat allemaal doet met die mensen, stond centraal. Dat een meerderheid van de deelnemende kunstenaars een migratie-achtergrond had mocht niet verbazen. Net als de diversiteit van de werken die hun weg vonden naar het CJK. Het migratiegegeven werd vertaald in tal van audiovisuele installaties, schilderwerken, foto’s e.a.
De kunstenaars; een mix van bekende en minder bekende namen met o.m. Bart Lodewijks die drie jaar geleden ook deelnam aan de stadsbrede kunsthappening ‘Track’ (mei – sept. 2012, S.M.A.K.). Van het tentoongestelde werk kon vooral de intrigerende portretfotografie van Abdul-Vahit Duman, Gentenaar van Turkse origine (1980), ons bekoren.
Ook de moeite: het werk van Sajin V Sanjeev. Een fotograaf met een Indische achtergrond die het leven van alledag op een bijzonder kleurrijke wijze weet vast te leggen. Het leven zoals het is bekeken door een Oosterse bril resulteerde in Vlaamse straatbeelden voorzien van Bollywood-accenten. Merkwaardig.
Tekenden verantwoordelijk voor een sterke tentoonstelling: Mehmet Aydogdu, Bart Lodewijks, Ilknur Cengiz, Nerkiz Sahin, Mehdi Marsura, Sajin Sanjeev, Abdul-Vahit Duman, Gökay Catak en Söhret Yildirim.
Ah, Gentblogt, dat waren nog eens tijden! Zet u neer in een comfortabele stoel, een zakje chips, nootjes en uw favoriete borrel erbij en geniet. Nonkel Huug zal u het een en het ander uit de doeken doen uit de rijke maar helaas & jammerlijk veel te korte verschijning van het internetfenomeen Gentblogt. Later zullen uw kleinkinderen nog vragen hoe het nu zat met die legendarische website dus let goed op. Gentblogt was vanaf ongeveer 2005 gedurende twee jaar mijn speeltuin. Ik werkte ‘s nachts in de control room bij een grootbank in Brussel als netwerkbeheerder, alleen was dat netwerk zo robuust dat er de hele tijd geen hol te doen was en ik me volledig kon uitleven op mijn blog en bij uitbereiding op Genblogt.
Er zijn veel “schrijvers” geweest voor Gentblogt en iedereen had zo een beetje zijn specialiteit en het mijne was zever in pakjes en lolletjes verkopen. Het liefste van alles deed ik in mysterieuse mysteries, complotten, enigma’s, geheimen en raadsels. In bladvulling was ik ook heel sterk al zeg ik het zelf. Ik ga beginnen met het prille begin:
Het artikel waarin ik helemaal de smaak te pakken heb gekregen, begon met een onschuldige oproep:
Yves De Bruyckere nam een kijkje op het Sint-Annaplein en bemerkte er een geheimzinnig landhuis dat niet zou misstaan in een thriller van Jef Geeraerts. Yves schreef ons: “Wie kent het verhaal van dit mysterieuze pand tussen Keizer Karelstraat en Brabantdam? In mijn verbeelding staat het al 20 jaar leeg… Er hangt een zeer beleefd bordje aan de poort. De dakgoot zal vermoedelijk binnenkort crashen.
De rest moet u in de commentaren maar lezen, het werd een spannende thriller met veel achterklap en geroddel, heerlijk! Een lezer wou dat ik me zou opofferen voor de goede zaak en schreef:
Als Huug nu eens aanbelt of aanklopt (als ze echt zo gierig zijn) aan dat huis met de vraag †Ahwel , hoe zit het hier ?†dan zou het pas echt interessant worden. Als hij niet weerkeert zullen we de politie verwittigen.
maandag 9 februari 2015 18u00 |Podium en Cultuur|
Klaartje Van der Bauwhede |Reageren uitgeschakeld
Het kwam toch een beetje als een choc, het bericht op Facebook dat Gentblogt ermee stopte. Ik kan niet zeggen dat ik de site nog regelmatig checkte, maar het hoorde ergens bij Gent. Dingen waar je vanuit gaat dat ze blijven bestaan. Maar ik heb alle begrip voor de redenen waarom dit stopgezet wordt. Tijden veranderen, en maar goed ook.
De manier waarop ik Gentblogt leerde kennen, heeft veel te maken met mijn begintijd bij Circa, dat toen nog Cultuurcentrum Gent heette. Vermoedelijk was mijn eerste kennismaking een flyertje dat ik in mijn hand gedrukt kreeg op de eerste cultuurmarkt, waar ik ook professioneel aanwezig was, in tegenstelling tot de jaren ervoor, als bezoeker. En zo volgde Gentblogt de eerste wapenfeiten van dit atypische cultuurcentrum zonder gebouw maar met een rol binnen de Gentse cultuursector.
Ondertussen zijn we bijna 8 jaar verder, werd Cultuurcentrum Gent Circa, stampte ze mee met talrijke partners een aantal grootschalige projecten uit de grond zoals de openluchtprojectie van Aanrijding in Moscou en nog onlangs WildeMannen WoesteWijven. Daarnaast ondersteunden we vooral heel wat begeesterde makers op allerlei gebied van film tot nieuwe media, dans, theater, beeldende kunsten, … Net zoals Gentblogt evolueren we en werd Circa sinds 1 januari opgenomen in de nieuwe Cultuurdienst van Stad Gent. Lees verder…
De niet eens zo aandachtige luisteraar zal hier ongetwijfeld redelijk wat ‘Radiohead’ (ten tijde van ‘Kid A’) in horen. Een eerste 5 track EP werd in de loop van vorig jaar in Nederland opgenomen met inzet van Jasper Maekelberg van ‘Yuko’ (gitaar), Sander Verstraete van ‘Hypochristmutreefuzz’ (bas) en Laurens Billiet van ‘Senne Guns’ (drums).